Beantwoording Kamervragen over vermijden overdrachtsbelasting bij overdracht van woningen tussen woningcorporaties

Beantwoording Kamervragen over vermijden overdrachtsbelasting bij overdracht van woningen tussen woningcorporaties

Minister Van Veldhoven (hierna: de minister) heeft op 6 april 2020 in een Kamerbrief antwoord gegeven op vragen vanuit de Tweede Kamer over de belastingen voor woningcorporaties, die Vestia willen helpen door Vestia-woningen over te nemen.

De naar onze mening belangrijkste antwoorden zijn:

  • Afschaffing van de verhuurderheffing enkel voor woningcorporaties is niet aan de orde, omdat dit tot een ongelijke fiscale behandeling tussen woningcorporaties en niet-woningcorporaties kan leiden.
  • Er bestaat geen aanleiding om invoering van een vrijstelling bij verkrijgingen door woningcorporaties of een uitbreiding van een bestaande vrijstelling van overdrachtsbelasting ten behoeve van woningcorporaties te heroverwegen.
  • Bij een overdracht van woningen door Vestia aan een andere woningcorporatie kan mogelijk worden afgezien van heffing van overdrachtsbelasting als op de verkrijging een thans bestaande wettelijke vrijstelling overdrachtsbelasting van toepassing is. Bijvoorbeeld de vrijstelling van overdrachtsbelasting voor de verkrijging van onroerende zaken door een Wijkontwikkelmaatschappij (WOM) in het kader van stedelijke vernieuwing. Voor toepassing van deze vrijstelling moet zijn voldaan aan de voorwaarde dat de onroerende zaken worden verkregen door een door de minister als zodanig aangewezen WOM die uitvoering geeft aan een herstructureringsplan voor stedelijke vernieuwing.
  • Woningcorporaties, die over een ANBI-status beschikken (vrijwel alle woningcorporaties beschikken over een ANBI-status), kunnen onder voorwaarden mogelijk gebruik maken van de vrijstelling van overdrachtsbelasting in het kader van een taakoverdracht tussen twee of meer ANBI’s. Voor toepassing van deze vrijstelling geldt een aantal voorwaarden:
  • er moet sprake zijn van overdracht van alle activa en passiva die betrekking hebben op de overgedragen taak en voortzetting van de daarbij behorende werkzaamheden (volkshuisvestelijke taken);
  • er wordt geen koopsom bedongen, of indien op grond van publiekrechtelijke regelgeving toch een koopsom wordt bedongen, mag deze niet meer bedragen dan de boekwaarde van de overgedragen bestanddelen.
  • Als binnen de bestaande vrijstellingen geen ruimte bestaat voor een vrijstelling van overdrachtsbelasting, zal de minister beleidsalternatieven buiten de sfeer van de overdrachtsbelasting onderzoeken en rond de zomer de Tweede kamer over de uitkomst informeren.

Publicatiedatum: 08 april 2020


Deel dit nieuwsbericht