Belastingdienst wijzigt beleid ter zake aanwijzen eindheffingsloon en extraterritoriale kosten
De werkkostenregeling kent een algemene vrijstelling (‘de
vrije ruimte’) en een aantal specifieke vrijstellingen (‘gerichte
vrijstellingen’). Om van deze vrijstellingen gebruik te kunnen maken, moet de
vergoeding of verstrekking – waarvoor de vrijstelling wordt geclaimd – als eindheffingsloon
worden aangewezen.
De keuze tussen eindheffingsloon en loon van de werknemer
moet uiterlijk op het moment van vergoeden, verstrekken of ter beschikking
stellen, worden gemaakt: het fiscaal genietingsmoment. Er hoeft dus niet vooraf
– bijvoorbeeld aan het begin van het jaar – te worden gekozen. Voor het
aanwijzen van eindheffingsloon bestaan geen vormvoorschriften. De keuze voor
eindheffingsloon blijkt bijvoorbeeld uit de administratie, waarin de werkgever
de vergoeding, verstrekking of ter beschikkingstelling opneemt als
eindheffingsloon of als loon van de werknemer. Deze keuze hoeft niet bij de
Belastingdienst te worden gemeld.
Is eenmaal een keuze gemaakt, dan is die keuze
definitief. De werkgever kan vergoedingen, verstrekkingen of
terbeschikkingstellingen dus niet met terugwerkende kracht aanwijzen als
eindheffingsloon. Hierop is één uitzondering: is de vergoeding, verstrekking of
terbeschikkingstelling per ongeluk verkeerd in de administratie opgenomen, dan
mag deze fout worden hersteld. Herstellen van de fout geschiedt door de
aangifte te corrigeren en de administratie aan te passen
In het Handboek Loonheffingen 2002, uitgave juli 2021,
lezen we op bladzijde 169 dat als wordt voldaan aan de voorwaarden en de
grensbedragen van de gerichte vrijstellingen, de Belastingdienst ervan uitgaat
dat de werkgever die vergoedingen, verstrekkingen en terbeschikkingstellingen
heeft aangewezen als eindheffingsloon. Dit is een wijziging ten opzichte van de
uitgave van maart 2021.
Een andere wijziging die de Belastingdienst in de uitgave juli
2021 heeft opgenomen en waar wij specifiek op willen wijzen, ziet op zogenoemde extraterritoriale kosten. Voor extraterritoriale kosten geldt een gerichte
vrijstelling. Extraterritoriale kosten kunnen worden vergoed op basis van de 30%-regeling
dan wel de werkgever kan de daadwerkelijke kosten voor zijn rekening nemen. Mede om te voorkomen dat sprake is van een doublure is het goed om te weten waar
extraterritoriale kosten uit bestaan.
In de opsomming van extraterritoriale kosten worden onder
meer de extra kosten voor het laten invullen van een aangifte
inkomstenbelasting genoemd. Heeft u een werknemer uit het buitenland en u betaalt
de kosten voor het doen van zijn aangifte inkomstenbelasting? Dan is dit belast
loon (loon in natura). Zijn deze kosten extraterritoriale kosten, dan geldt
daarvoor dus een gerichte vrijstelling. Voor de waarde van dit loonvoordeel mag u
voor het jaar 2021 nog uitgaan van een maximumbedrag van € 1.000 als u geen of
een onvoldoende gespecificeerde factuur hebt. Met ingang van het jaar 2022 gaat
u uit van de factuurwaarde. Als u dan geen voldoende gespecificeerde factuur
hebt, moet u de waarde van het loon in natura reconstrueren, al dan niet aan de
hand van een opgevraagde specificatie.
Wat valt onder de kosten voor de aangifte? Onder deze
kosten vallen de kosten voor het doen van aangifte, voor het aanvragen van een
voorlopige aanslag en voor de beoordeling van de opgelegde aanslag(en). En ook de
eventuele kosten om ervoor te zorgen dat met het juiste formulier aangifte
wordt gedaan.
Onder de kosten voor de aangifte vallen niet: kosten voor
bezwaar en beroep, kosten voor de aangifte inkomstenbelasting van de partner
van de werknemer en voor de eventuele buitenlandse aangifte, kosten voor
advisering op het gebied van huisvesting en andere advieskosten. Deze kosten
kwalificeren dus niet als extraterritoriale kosten.
Bij wat als ‘extraterritoriale kosten’ kwalificeert, is
het aanvragen van de 30%-regeling toegevoegd. De kosten voor het aanvragen of
omzetten van een tewerkstellingsvergunning zijn niet meer gericht vrijgesteld. Zie bladzijde 254 van het Handboek Loonheffingen 2021, uitgave juli 2021
Publicatiedatum: 19 september 2021
Deel dit nieuwsbericht