Besluit met goedkeuring dat RVU-eindheffing achterwege blijft

Besluit met goedkeuring dat RVU-eindheffing achterwege blijft

Op 24 november 2013 hebben we bericht dat staatssecretaris Weekers van Financiën aangegeven heeft voornemens te zijn goed te keuren dat de beoordeling of is voldaan aan een objectief ontslagcriterium in de zin van de RVU-eindheffing, mag plaatsvinden nadat het sociaal plan inclusief de voorafgaande vrijwillige afvloeiingsregeling is afgerond. Daarbij zal een doelmatigheidsmarge van 10% op het afspiegelingsbeginsel worden toegestaan, zodat een werkgever niet direct wordt afgerekend op een geringe overschrijding van het aantal oudere werknemers.

Dit voornemen is in een besluit van 18 december 2013, dat per 25 december 2013 in werking is getreden, geformaliseerd. Aan deze goedkeuring blijken twee voorwaarden te zijn verbonden:

– De ontslagen op basis van het sociaal plan inclusief de vrijwillige vertrekregeling zijn uiterlijk afgerond in een periode van 36 maanden.

– De werkgever legt vooraf een inschatting vast en maakt achteraf een verantwoording op over de naleving van de objectieve ontslagcriteria. Hij bewaart de inschatting en de verantwoording op controleerbare wijze bij zijn loonadministratie.

Als bij de beoordeling achteraf blijkt dat meer ouderen zijn ontslagen dan mogelijk was binnen de grenzen van de objectieve ontslagcriteria en de doelmatigheidsmarge van 10%, dan is voor de gehele groep oudere werknemers sprake van een RVU, waarop de pseudo-eindheffing wordt toegepast.

Publicatiedatum: 30 december 2013


Deel dit nieuwsbericht