Btw-aftrek vergeten? Dan ook geen aftrek via de herzieningsregels, inkoop-btw is kostenpost!
Het Hof van Justitie heeft op 7 juli 2022 een belangrijke uitspraak gedaan over de vraag op welk moment een ondernemer de inkoop-btw moet
terugvragen van de belastingdienst (Hof van Justitie 7 juli 2022, zaak X,
nummer C-194/21). Dit lijkt een eenvoudig onderwerp. De inkoop-btw wordt immers
teruggevraagd wanneer de factuur is ontvangen en/of is verwerkt binnen het
bedrijf. De uitkomst van deze zaak laat weer eens zien hoe nauwkeurig een
ondernemer dient om te gaan met de btw-aftrek.
De wettelijke btw-systematiek is zeer streng en bepaalt dat inkoop-btw
alleen kan worden teruggevraagd in het tijdvak (maand- of kwartaalaangifte), waarin
de factuur is uitgereikt. Met andere woorden, een factuur gedateerd in juni
2022, kan alleen in de maand juni of in de Q2 2022 btw-aangifte worden
verwerkt. Indien deze factuur in een later tijdvak wordt meegenomen, is een
ondernemer formeel gezien te laat en vervalt het recht op aftrek van inkoop-btw.
In Nederland hebben
we gelukkig een regeling op basis waarvan ondernemers binnen vijf jaren alsnog
de inkoop-btw kunnen terugvragen. Echter, dit is dan wel een ‘ambtshalve
teruggaafverzoek’. Dat betekent dat als de belastingdienst de btw-teruggaaf
niet (geheel) verleent, u als ondernemer niet in bezwaar kan en ook niet in
beroep bij de rechter. In een dergelijke situatie bent u dus volledig
afhankelijk van de belastingdienst.
In eerder genoemde zaak van het Hof van Justitie had de
ondernemer 10 percelen onbebouwde grond aangekocht met btw. De ondernemer had
deze inkoop-btw bij aankoop niet in aftrek gebracht, terwijl de ondernemer daar
wel recht op had. De ondernemer kon ook geen gebruik maken van de mogelijkheid
tot een ambtshalve teruggaafverzoek.
Alleen in bepaalde situaties kan een ondernemer naderhand
alsnog de inkoop-btw in aftrek brengen op basis van herziening / herrekening. Bijvoorbeeld
als een ondernemer op 1 februari 2022 grond met btw aankoopt, maar op dat
moment het voornemen heeft om de grond te gaan gebruiken voor btw-vrijgestelde
verhuur. Alsdan is er geen recht op aftrek van inkoop-btw. Later blijkt, op 1
oktober 2022, dat de ondernemer een nieuwe klant heeft en de grond
daadwerkelijk btw-belast gaat verhuren. De wet staat dan toe dat deze
ondernemer op 1 oktober 2022 alsnog de inkoop-btw op de aankoop in aftrek kan
brengen. Het gebruik is namelijk, bij eerste ingebruikname van de grond,
gewijzigd. De btw-aftrek wordt dan herzien / herrekend.
In de zaak die heeft geleid tot deze casus bij het Hof van
Justitie had de ondernemer al bij aankoop van de grond direct recht op aftrek
van inkoop-btw, maar heeft dat niet in zijn btw-aangifte opgenomen. In die
situatie kan de ondernemer niet naderhand op basis van de herziening /
herrekening alsnog de inkoop-btw in aftrek brengen als hij op dat moment de
grond voor btw-belaste doeleinden gaat gebruiken (en dus formeel recht op
aftrek van inkoop-btw heeft). De inkoop-btw had namelijk bij aankoop van de
grond direct in aftrek moeten worden gebracht.
Wij vertellen u graag meer over deze zaak en wat de uitkomst
van deze zaak betekent voor u. Voor vragen kunt u altijd contact opnemen met
ons.
Publicatiedatum: 08 juli 2022
Deel dit nieuwsbericht