Btw-koepelvrijstelling niet van toepassing op financiële en verzekeringsdiensten

Btw-koepelvrijstelling niet van toepassing op financiële en verzekeringsdiensten

Onlangs heeft het Hof van Justitie (hierna: HvJ) drie arresten gewezen over de reikwijdte van de btw-koepelvrijstelling.

Financiële en verzekeringssector
In de zaken DNB Banka en Aviva heeft het HvJ geoordeeld, dat de btw-koepelvrijstelling van toepassing is op diensten van koepels waarvan de leden een activiteit van algemeen belang verrichten. Bij activiteiten van algemeen belang kan worden gedacht aan activiteiten op het gebied van maatschappelijk werk en sociale zekerheid, onderwijs, sport en cultuur. Op dienstverlening door koepels waarvan de leden financiële diensten verrichten of actief zijn op het gebied van verzekeringen, is de btw-koepelvrijstelling niet van toepassing.

Algemeen belang
In de zaak Commissie tegen Duitsland heeft het HvJ geoordeeld, dat Duitsland, door de btw-koepelvrijstelling alleen van toepassing te verklaren voor de medische sector, de btw-koepelvrijstelling te beperkt toepast. 
Ook heeft het HvJ geoordeeld, dat de door een koepel verrichte diensten onder de btw-koepelvrijstelling vallen, wanneer de dienstverlening rechtstreeks bijdraagt aan de uitoefening van de activiteiten van algemeen belang. De btw-koepelvrijstelling strekt zich echter niet alleen uit naar activiteiten op het gebied van de gezondheidszorg, maar ook naar andere activiteiten van algemeen belang, zoals in de vorige alinea is toegelicht.

Belang voor de praktijk
Tot deze arresten werd in de praktijk aangenomen dat de btw-koepelvrijstelling wel degelijk kon worden toegepast op diensten aan ondernemers in de financiële- en verzekeringssector.

Publicatiedatum: 31 oktober 2017


Deel dit nieuwsbericht