Btw op advocaatkosten slechts deels aftrekbaar!

Btw op advocaatkosten slechts deels aftrekbaar!

Op 9 oktober 2018 is een uitspraak van Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (hierna: het gerechtshof) gepubliceerd. Uit deze uitspraak volgt dat alleen recht op aftrek van btw bestaat, als een rechtstreeks en onmiddellijk verband bestaat tussen afgenomen prestaties van een ondernemer en zijn belaste economische activiteiten.

Feiten

Belanghebbende is een fiscale eenheid voor de btw die bestaat uit X N.V. en Y N.V. X houdt 100% van de aandelen in Y. De aandelen in X worden gehouden door B B.V. (48,4%), C B.V. (38%) en D N.V. (13,6%). E houdt de aandelen in B, F houdt de aandelen in C en G houdt de aandelen in D. X bezit ook 100% van de aandelen in H B.V. en I B.V.

Y is op 21 december 2011 geliquideerd. De fiscale eenheid is per deze datum van rechtswege opgehouden te bestaan. De bedrijfsactiviteiten van de fiscale eenheid bestaan uit het ontwikkelen en begeleiden van vastgoedprojecten.

In 2007 is het OM een onderzoek gestart naar mogelijke betrokkenheid bij valsheid in geschrift, witwassen en deelname aan een criminele organisatie van X, B en C, E, F en G. F, X, C en B hebben in december 2010 een schikking getroffen met twee gedupeerden en later die maand met het OM. E en G hebben geen schikking getroffen en zijn strafrechtelijk vervolgd. X, B en C, E, F en G zijn bijgestaan door verschillende advocaten. De advocaten hebben hun diensten gefactureerd aan X. De fiscale eenheid heeft de btw op de facturen in aftrek gebracht.

De fiscale eenheid heeft over het tweede kwartaal van 2011 een suppletieaangifte ingediend, waarin zij verzoekt om een teruggaaf van € 61.555. De teruggevraagde btw is uitsluitend door advocaten in rekening gebracht wegens de rechtsbijstand van X, B en C, E, F en G. De inspecteur heeft in 2013 een boekenonderzoek ingesteld bij belanghebbende naar de aangiften over de tijdvakken tussen 1 januari 2008 en 1 oktober 2012. Naar aanleiding van het boekenonderzoek zijn naheffingsaanslagen opgelegd over de jaren 2008 tot en met 2012. Tevens zijn over deze jaren boetes opgelegd.

Gerechtshof

Nageheven btw

Het gerechtshof is van oordeel dat de fiscale eenheid recht op aftrek van btw heeft, voor zover een rechtstreeks en onmiddellijk verband bestaat tussen de diensten van de advocaten en de economische activiteit van de fiscale eenheid. Dat is het geval voor zover het verweer ziet op strafsancties voor X en ontbreekt voor zover het de overige verdachten betreft.

Met betrekking tot de kosten die zijn gemaakt in het kader van de algehele verdediging in de strafrechtelijke procedures, is geen verdeling gemaakt naar rato van de voor iedere verdachte verrichte werkzaamheden. Het gerechtshof heeft deze kosten gelijk over de vier verdachten verdeeld, zodat de fiscale eenheid recht heeft op aftrek van 25% van de voorbelasting op de facturen die zijn uitgereikt tot en met het eerste kwartaal van 2011. De fiscale eenheid heeft namelijk niet aannemelijk gemaakt dat in latere tijdvakken nog strafrechtelijke procedures tegen X zijn gevoerd, zoals een ontnemingsprocedure.

De btw van de honoraria die zijn betaald aan een bepaald advocatenkantoor is aftrekbaar voor zover die kosten betrekking hebben op civiele procedures. Die procedures zijn namelijk gevoerd om te voorkomen dat de fiscale eenheid projecten en opdrachtgevers, en dus belaste omzet, zou verliezen.

De correctie die ziet op door de fiscale eenheid in aftrek gebrachte btw van facturen die zouden zijn gericht aan I blijft in stand.

Boetes

De boetes zien op de door de fiscale eenheid in aftrek gebrachte btw van facturen die zouden zijn gericht aan I. Het gerechtshof vernietigt de vergrijpboetes omdat de inspecteur grove schuld niet aannemelijk heeft gemaakt.

Uitspraak van gerechtshof over latere jaren

Op 9 oktober 2018 is tevens een uitspraak van het gerechtshof gepubliceerd over latere jaren met betrekking tot X N.V., een voormalig onderdeel van de hiervoor genoemde fiscale eenheid.

Belang voor de praktijk

Uit deze uitspraak blijkt het belang om tijdig vast te stellen of in rekening te brengen respectievelijk gebrachte btw betrekking heeft op de vennootschap of op iemand anders, zoals de aandeelhouder van die vennootschap. Er bestaat alleen recht op aftrek van btw, als een rechtstreeks en onmiddellijk verband bestaat tussen de afgenomen prestaties waarop de facturen betrekking hebben en belaste economische activiteiten van de vennootschap waaraan de facturen in rekening zijn gebracht.


Publicatiedatum: 15 oktober 2018


Deel dit nieuwsbericht