Btw op kosten voor beleggingen is niet aftrekbaar

Op 3 juli 2019 is een arrest van het Hof van Justitie gewezen over het antwoord op de vraag of btw over de voor een fonds betaalde beheersvergoedingen voor beleggingen aftrekbaar is.

Feiten
De universiteit van Cambridge (hierna: de universiteit) is een onderwijsinstelling zonder winstoogmerk die naast het btw-vrijgesteld verstrekken van onderwijs tevens btw-belaste handelingen verricht. Die btw-belaste handelingen vinden plaats in het kader van haar activiteiten van commercieel onderzoek, verkoop van publicaties, adviesverlening, catering, huisvesting en verhuur van installaties en materieel. De btw van kosten die zowel zijn gemaakt voor de btw-belaste als de btw-vrijgestelde handelingen, wordt over deze twee soorten handelingen verdeeld volgens een speciale, door de Britse belastingdienst goedgekeurde methode voor gedeeltelijke vrijstelling.

De activiteiten van de universiteit worden deels gefinancierd met giften en dotaties, die worden ondergebracht in een fonds en vervolgens worden belegd. Dit fonds wordt beheerd door een derde. In maart 2009 heeft de universiteit de Britse belastingdienst verzocht om aftrek van de btw over de voor het fonds betaalde beheersvergoedingen. Volgens de universiteit werden de met dit fonds gegenereerde inkomsten immers gebruikt om kosten van al haar activiteiten te financieren.

De Britse belastingdienst heeft dit verzoek afgewezen op grond dat die vergoedingen rechtstreeks en uitsluitend moeten worden toegerekend aan de beleggingsactiviteit, die geen btw-belaste activiteit is.
De rechter in tweede aanleg in burgerlijke zaken, Engeland en Wales stelt uiteindelijk vragen aan het Hof van Justitie over deze kwestie.

Hof van Justitie
De giften en dotaties die de universiteit ontvangt zijn geen vergoedingen voor een economische activiteit. De btw op kosten die in verband met de giften en dotaties worden gemaakt, is dan ook niet aftrekbaar.
Het beleggen van giften en dotaties en de bij deze beleggingsactiviteit gemaakte kosten moeten op dezelfde wijze worden behandeld als de niet-economische activiteit. Deze niet-economische activiteit bestaat uit het innen van deze giften en dotaties en de eventuele kosten die daarbij worden gemaakt. De beleggingsactiviteit is immers niet alleen een manier voor de universiteit om, net als een particuliere belegger, inkomsten te halen uit de ingezamelde giften en dotaties, maar ook een activiteit die rechtstreeks in verband kan worden gebracht met de inning ervan, zodat deze activiteit louter het rechtstreekse vervolg van die niet-economische activiteit vormt. De voorbelasting die is betaald op de kosten die met betrekking tot die beleggingen zijn gemaakt, kan dus ook niet in aftrek worden gebracht.

Onder omstandigheden is de btw op kosten in verband met niet-economische activiteiten aftrekbaar. Daarvoor moeten deze kosten zijn opgenomen in de prijs van btw-belaste activiteiten. In casu is hier geen sprake van. De giften en dotaties worden gebruikt ter financiering van de activiteiten van de universiteit. Hierdoor kunnen de prijs van de door de universiteit geleverde goederen en diensten worden verlaagd. De btw op de kosten die zijn gemaakt voor de beleggingen niet aftrekbaar.

Belang voor de praktijk
Uit het arrest volgt dat inkoop-btw die is toe te rekenen aan niet-economische activiteiten niet aftrekbaar is, tenzij de kosten worden opgenomen in de prijzen van btw-belaste economische activiteiten. Naar wij aannemen moet dit opnemen van de kosten in die btw-belaste activiteiten wel het economisch verband representeren tussen de afgenomen activiteiten waarop die kosten betrekking hebben en de uitgaande btw-belaste activiteiten.

Publicatiedatum: 07 juli 2019