Compensatie in verband met verruiming btw-sportvrijstelling?

Compensatie in verband met verruiming btw-sportvrijstelling?


In eerdere nieuwsberichten hebben wij u geïnformeerd dat de staatssecretaris van Financiën in zijn brieven van 17 juni 2015 en 23 november 2015 heeft aangekondigd, dat een verruiming van de btw-sportvrijstelling op termijn onvermijdelijk is, gelet op Europese jurisprudentie. Tevens hebben wij u in het verleden geïnformeerd over de beantwoording van 27 Kamervragen die zijn gesteld naar aanleiding van de voormelde brief van 23 november 2015 inzake de juridische en financiële analyse van de verruiming van de btw-sportvrijstelling. Uit de antwoorden werd nog steeds niet duidelijk wanneer de Nederlandse btw-sportvrijstelling in overeenstemming zou worden gebracht met de Europese btw-sportvrijstelling. Tevens was nog steeds onduidelijk of er al dan niet een overgangsregeling zou komen.

Uit het verslag van 7 september 2016 naar aanleiding van een overleg tussen de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: VWS) en de minister van VWS blijkt, dat de minister zich niet kan voorstellen dat de btw-sportvrijstelling vervalt zonder compensatie. De minister ziet dat niet zitten. Wij nemen aan dat de minister hiermee heeft bedoeld dat zij zich niet kan voorstellen dat de btw-sportvrijstelling zal worden verruimd zonder compensatie. Zou er daarmee bijvoorbeeld inderdaad een overgangsregeling worden geïntroduceerd? Het lijkt er overigens niet op dat de btw-sportvrijstelling op korte termijn wordt verruimd. Hoewel de minister verschillende malen met de staatssecretaris van Financiën over de onderhavige kwestie heeft gesproken, heeft zij niet kunnen opmaken dat de staatssecretaris daar haast mee wil maken.    

Publicatiedatum: 08 september 2016


Deel dit nieuwsbericht