Conclusie a-g over telefoonkaarten en bedrag waarover btw is verschuldigd

Op 7 februari 2014 is een conclusie van een advocaat-generaal (hierna: a-g) van de Hoge Raad gepubliceerd. Volgens de a-g is belanghebbende geen btw verschuldigd over de nominale waarde van de opwaardeerkaarten, maar over het lagere bedrag dat zij van de detailhandelaren ontvangt.

De zaak heeft betrekking op het tijdvak december 2008, waarin een vervallen besluit inzake telefoonkaarten uit 1995 van toepassing was. Het besluit uit 1995 is inmiddels vervangen door het besluit van 25 januari 2013. Het nieuwe besluit gaat in op de btw-heffing in Nederland bij de verkoop en het gebruik van telefoonkaarten. Het besluit maakt daarbij onderscheid tussen een single-purpose telefoonkaart en een multi-purpose telefoonkaart. Bij de verkoop van telefoonkaarten maakt het besluit onderscheid tussen rechtstreekse verkoop door een telecombedrijf aan een klant en verkoop door een telecombedrijf via andere verkoopkanalen aan een klant. Ook wordt hierbij ingegaan op de levering van contentdiensten. Ten slotte bespreekt het besluit de btw-behandeling van (de verkoop van) abonnementen voor mobiel telefoon- en internetverkeer.

Publicatiedatum: 12 februari 2014