Eindheffingsloon moet expliciet worden aangewezen voor werkkostenregeling

Eindheffingsloon moet expliciet worden aangewezen voor werkkostenregeling

Krachtens artikel 31, eerste lid, onderdelen f en g, van de Wet op de loonbelasting 1964 moeten vergoedingen en verstrekkingen waarvoor de inhoudingsplichtige de werkkostenregeling wenst toe te passen, als eindheffingsbestanddelen worden aangewezen. Dit geldt ook voor vergoedingen en verstrekkingen die onder de werkkostenregeling als gerichte vrijstelling of bijzondere waardering kwalificeren. In paragraaf 4.2 van het besluit van de Staatssecretaris van Financiën van 23 juni 2014, nr. BLBK2014/1033M, staat in dit verband de volgende passage: 

‘Een gerichte vrijstelling of een vrijstelling binnen de vrije ruimte is alleen mogelijk bij eindheffingsbestanddelen. De werkgever kan vergoedingen of verstrekkingen aanwijzen als eindheffingsbestanddeel. De Belastingdienst gaat uit van zo’n aanwijzing als een vergoeding of verstrekking tot het loon behoort en de werkgever deze niet tot het individuele loon van een werknemer heeft gerekend.’

Het besluit van 23 juni 2014 is per 1 januari 2015 vervangen door het besluit van 17 december 2014, BLKB2014/1894M. In paragraaf 3.2 van dit besluit is voornoemde passage als volgt gewijzigd: 

‘Een gerichte vrijstelling of een vrijstelling binnen de vrije ruimte is alleen mogelijk bij eindheffingsbestanddelen. De werkgever kan vergoedingen of verstrekkingen aanwijzen als eindheffingsbestanddeel. De Belastingdienst gaat gedurende het kalenderjaar uit van zo’n aanwijzing als een vergoeding of verstrekking tot het loon behoort en de werkgever deze niet tot het individuele loon van een werknemer heeft gerekend. Dit is anders als de Belastingdienst meent dat de werkgever bij vergissing de vergoeding of verstrekking niet tot het individuele loon heeft gerekend of dat niet wordt voldaan aan de gebruikelijkheidstoets (zie artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet LB).’

De wijziging in het besluit van 17 december 2014 lijkt te impliceren dat de Belastingdienst zijn beleid ten aanzien van het aanwijzen van eindheffingsbestanddelen heeft aangescherpt. Dit komt ook naar voren in een antwoord op een ‘Veelgestelde vraag’ op de website van de Belastingdienst:

‘Hoe kan ik een vergoeding, verstrekking of terbeschikkingstelling aanwijzen als eindheffingsloon?

Uit uw administratie moet blijken dat u een vergoeding, verstrekking of terbeschikkingstelling aanwijst als eindheffingsloon. Dit kunt u bijvoorbeeld doen door het eindheffingsloon op te nemen in een personeelshandboek of in de arbeidsovereenkomst. In de cao kunnen ook afspraken over vergoedingen, verstrekkingen of terbeschikkingstellingen staan.’

Kortom, wilt u van de gerichte vrijstellingen, bijzondere waarderingen of de vrije ruimte van de werkkostenregeling gebruik maken, dan (b)lijkt u deze eindheffingsbestanddelen expliciet te moeten aanwijzen. Wanneer de aanwijzing niet of niet juist gebeurt, moet u het loon bij de individuele werknemer belasten. Voor zowel de werknemer als de werkgever kan dat aanzienlijke financiële consequenties hebben.

Mocht u vragen hebben over hoe u de aanwijzing kunt inregelen in uw arbeidsvoorwaarden en administratieve processen, neem dan gerust contact met ons op.

Publicatiedatum: 23 augustus 2015


Deel dit nieuwsbericht