Geen btw-heffing op ter beschikking stellen personeel door fiscale eenheid!

Geen btw-heffing op ter beschikking stellen personeel door fiscale eenheid!

Op 5 juli 2019 heeft de Hoge Raad arrest gewezen over de vraag of een fiscale eenheid voor de btw bestaat tussen een stichting die primair onderwijs verzorgt en een dochtervennootschap.

Feiten
Belanghebbende, een stichting (hierna: de stichting), verzorgt primair onderwijs. Tevens verricht zij tegen vergoeding met het onderwijs samenhangende activiteiten, zoals het verlenen van zorg met behulp van interne begeleiders, de verhuur van ruimten, en detachering van onderwijzend personeel.

De stichting heeft op 31 december 2012 een besloten vennootschap (hierna: de dochtervennootschap) opgericht. De dochtervennootschap heeft onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel in dienst. De dochtervennootschap stelt dit personeel tegen vergoeding ter beschikking aan de stichting en aan onderwijsinstellingen die net als de stichting zijn aangesloten bij een samenwerkingsverband (hierna: het samenwerkingsverband).

De stichting hield 70 procent van de aandelen in de dochtervennootschap. De overige aandelen werden gehouden door de andere bij het samenwerkingsverband aangesloten onderwijsinstellingen.

In 2013 heeft de dochtervennootschap 27,2 procent van haar omzet behaald met de terbeschikkingstelling van personeel aan de stichting. De overige omzet heeft zij behaald met het ter beschikking stellen van personeel aan de andere bij het samenwerkingsverband aangesloten onderwijsinstellingen.

De stichting en de dochtervennootschap hebben de inspecteur verzocht hen tezamen met ingang van 1 januari 2013 aan te merken als een fiscale eenheid voor de btw. De inspecteur heeft dat verzoek bij beschikking afgewezen.

Hoge Raad

In een eerder arrest heeft de Hoge Raad geoordeeld dat in een geval van financieel en organisatorisch verweven ondernemers ook economische verwevenheid kan worden aangenomen, indien tussen de ondernemers onderling niet-verwaarloosbare economische betrekkingen bestaan. Dit oordeel is niet beperkt tot concerns die bestaan uit een houdstermaatschappij met werkmaatschappijen en kan ook toepassing vinden in andere gevallen waarin een ondernemer met een andere ondernemer in financieel en organisatorisch opzicht nauw is verweven.

De stichting en de dochtervennootschap zijn in financieel en organisatorisch opzicht nauw met elkaar verweven. De onderlinge economische betrekkingen tussen de stichting en de dochtervennootschap zijn dus niet te verwaarlozen, omdat vaststaat dat de dochtervennootschap 27,2 procent van haar omzet behaalt met prestaties aan de stichting. De stichting en de dochtervennootschap zijn in financieel, organisatorisch en economisch opzicht zodanig verweven dat zij een fiscale eenheid voor de btw vormen. De stichting en de dochtervennootschap vormen met ingang van 1 januari 2013 een fiscale eenheid voor de btw.

Belang voor de praktijk
Uit dit arrest van de Hoge Raad volgt dat personeel zonder btw ter beschikking kan worden gesteld door gebruik te maken van een fiscale eenheid voor de btw. Voor instellingen die aan hen in rekening gebrachte btw (grotendeels) niet in aftrek kunnen brengen is dit gunstig. Hierbij kan niet alleen worden gedacht aan onderwijsinstellingen maar ook aan zorginstellingen, ziekenhuizen, medici zoals huisartsen en tandartsen en woningcorporaties.

Publicatiedatum: 07 juli 2019


Deel dit nieuwsbericht