Geen btw-vrijstelling van toepassing op betalingen aan tandarts in het kader van tandheelkundig zorgarrangement

Geen btw-vrijstelling van toepassing op betalingen aan tandarts in het kader van tandheelkundig zorgarrangement

Op 25 juli 2018 heeft het Hof van Justitie (hierna: HvJ) een arrest gewezen waaruit volgt, dat de verwerking van betalingen van een patiënt aan een tandarts door een niet financiële instelling belast is met btw.

Feiten
DPAS Limited (hierna: DPAS) ontwerpt, implementeert en beheert tandheelkundige zorgarrangementen. Deze door DPAS aan tandartsen aangeboden arrangementen worden vervolgens door DPAS onder de naam van de tandartsenpraktijk en namens de tandartsen aan de patiënten van deze tandartsen verkocht. Een tandheelkundig zorgarrangement ziet op een overeenkomst tussen een tandarts en zijn patiënt op grond waarvan de tandarts tandheelkundige zorg zal verstrekken en de patiënt maandelijks een vast bedrag zal betalen. Het arrangement omvat ook andere door DPAS verstrekte diensten, namelijk verzekeringen en diensten op het gebied van betalingsadministratie. Patiënten betalen maandelijks, via automatische incasso, een bedrag aan DPAS voor de arrangementen. DPAS betaalt vervolgens, onder inhouding van een vergoeding, een bedrag aan de tandarts.

Tot 1 januari 2012 werden de overeenkomsten uitsluitend tussen DPAS en de tandartsen gesloten. De belastingdienst in het Verenigd Koninkrijk was van mening dat DPAS handelingen betreffende betalingen en overmakingen verrichtte die btw-vrijgesteld waren.

Naar aanleiding van Europese jurisprudentie waaruit volgde dat vergelijkbare dienstverlening niet btw-vrijgesteld was, verleent DPAS de diensten niet alleen aan tandartsen, maar contractueel ook aan patiënten. DPAS zorgde voor het beheer en de administratieve verwerking van de voor het tandheelkundige zorgarrangement verschuldigde betalingen.

In geschil is of de aan de patiënten verrichte diensten zijn aan te merken als ‘handelingen betreffende betalingen of overmakingen’, waarvoor een btw-vrijstelling geldt.

Oordeel HvJ
Naar het oordeel van het HvJ is geen sprake van handelingen betreffende betalingen of overmakingen en is de btw-vrijstelling niet van toepassing. DPAS brengt immers niet de juridische en financiële wijzigingen teweeg die kenmerkend zijn voor de overdracht van een geldsom. Zij verzoekt namelijk slechts:

  • de financiële instelling van de patiënt om op grond van een machtiging tot automatische incasso een geldsom van de bankrekening van de patiënt naar die van DPAS over te maken, en
  • de financiële instelling van DPAS om dat bedrag, na inhouding van een vergoeding, naar de bank van de tandarts of de verzekeraar over te schrijven.

Omdat de overmaking wordt verricht door de financiële instellingen, zijn de handelingen van DPAS volgens het HvJ van administratieve aard. De handelingen zijn vergelijkbaar met de verwerking van een kaartbetaling.
Tevens acht het HvJ van belang dat DPAS niet aansprakelijk is voor geweigerde automatische incassobetalingen of ingetrokken machtigingen tot automatische incasso.

Belang voor de praktijk
Uit dit arrest volgt dat het verzorgen van betalingsverkeer niet altijd is vrijgesteld van btw. Dit is met name van belang voor niet-aftrekgerechtigde afnemers van deze dienstverleners. Zij kunnen immers niets met de aan hen in rekening gebrachte btw.

Publicatiedatum: 05 augustus 2018


Deel dit nieuwsbericht