Geen terugwerkende kracht toegestaan aan ingangsdatum concernaansluiting

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Arnhem, heeft op 14 januari 2014 uitspraak gedaan in twee zaken waarin belanghebbenden de belastingdienst hadden verzocht om een concernaansluiting met terugwerkende kracht te wijzigen. Het hof stelde de belastingdienst in het gelijk waardoor de concernaansluiting niet op de door belanghebbenden gewenste datum inging.

Uit de tekst van artikel 5.4 van de Regeling Wfsv, in het bijzonder uit het gebruik van het woord ‘kan’, volgt naar het oordeel van het hof dat de Inspecteur de bevoegdheid heeft een verzoek in te willigen, maar dat hij daartoe niet verplicht is. Ook is de Inspecteur niet verplicht gevolg te geven aan een verzoek van een belanghebbende de concernaansluiting te laten ingaan op een bepaalde datum. Bij de uitoefening van zijn bevoegdheid is de Inspecteur gehouden te handelen overeenkomstig door hem vastgestelde beleidsregels (artikel 4:81 tot en met 4:84 van de Awb) en in overeenstemming met de beginselen van behoorlijk bestuur.

In één van deze zaken merkt het hof op dat de indeling wel met terugwerkende kracht kan worden aangepast in gevallen waarin een werkgever ten onrechte was ingedeeld in een andere sector dan die waarbij hij op grond van artikel 96 van de Wet financiering sociale verzekeringen van rechtswege was aangesloten. In het onderhavige geval ging het echter om werkgevers die waren ingedeeld bij de juiste sector, zij het dat zij bij een andere sector werden ingedeeld nadat de Inspecteur dat had besloten bij beschikking als bedoeld in artikel 5.4 van de Regeling Wfsv.

In de andere zaak merkt het hof op dat de Inspecteur zijn afwijzing heeft gemotiveerd door te wijzen op zijn bestendige gedragslijn om verzoeken van uitzendbureaus om concernaansluiting bij een andere sector af te wijzen, behoudens zeer bijzondere gevallen, waartoe het voorgelegde geval niet behoorde. Het dispensatiebeleid ziet uitsluitend op uitzendbedrijven die uitzenden hoofdzakelijk naar bedrijven in één sector en die dit hoofdzakelijk doen zonder uitzendbeding. Dergelijke uitzendbedrijven kunnen worden ingedeeld in die sector in plaats van de sector uitzendbedrijven (zie onderdeel 4 van onderdeel 52 van de Bijlage bij de Regeling Wfsv).

Publicatiedatum: 26 januari 2014