Gegevens moeten objectief en controleerbaar zijn om bijtelling privégebruik te voorkomen!

Gegevens moeten objectief en controleerbaar zijn om bijtelling privégebruik te voorkomen!

Wanneer een – ook voor privédoeleinden – ter beschikking gestelde auto op kalenderjaarbasis voor meer dan 500 privékilometers is gebruikt, moet er een bijtelling in aanmerking worden genomen. Indien uit een rittenregistratie of anderszins blijkt dat de auto op kalenderjaarbasis voor niet meer dan 500 kilometer voor privédoeleinden wordt gebruikt, wordt het voordeel gesteld op nihil. Zie artikel 13bis, derde lid, Wet op de loonbelasting 1964.

In een op 12 maart 2019 gepubliceerde uitspraak van Gerechtshof Den Haag stelde belanghebbende dat hij de ter beschikking gestelde auto niet voor meer dan 500 privékilometers had gebruikt. Belanghebbende beschikte naast de ter beschikking gestelde Lexus LS600HL in privé over een Audi Q7. Hij had geen rittenregistratie bijgehouden. Om de Belastingdienst te overtuigen, stelde belanghebbende achteraf een rittenregistratie op. Zowel de Belastingdienst als de rechtbank waren van mening dat deze achteraf opgestelde rittenregistratie te veel onnauwkeurigheden bevatte om als overtuigend bewijs te kunnen dienen. De enkele verklaring van belanghebbende dat hij pertinent niet privé met de Lexus heeft gereden in combinatie met de omstandigheid dat hem privé een Audi Q7 ter beschikking staat, maken het voorgaande niet anders.

In de procedure voor het hof draagt belanghebbende een verbeterde kilometerregistratie aan, welke onder andere is gebaseerd op de agenda van belanghebbende, de door de garage opgegeven kilometerstanden en de brandstofbonnen. Daarnaast draagt hij gegevens aan uit een door de Belastingdienst gecertificeerde, softwaretool waaruit zou blijken dat belanghebbende met de auto in latere jaarlijks nagenoeg hetzelfde aantal zakelijke kilometers heeft afgelegd als in de litigieuze jaren, alsmede een door belanghebbende opgestelde en ondertekende verklaring dat hij in de in geschil zijnde periode met de auto geen privékilometers heeft gereden.

De overgelegde gegevens mochten belanghebbende echter niet baten. Het hof is het met de Inspecteur eens dat de door belanghebbende aangedragen nadien opgemaakte kilometerstaten geen betrouwbare weergave vormen van het gebruik van de auto. Belanghebbende heeft het door hem in aanmerking genomen aantal kilometers woon-/werkverkeer, noch de in de kilometerstaat opgenomen zakelijke ritten voldoende onderbouwd. Er zijn door belanghebbende geen objectieve en controleerbare gegevens overgelegd die zijn toegespitst op het kilometerverbruik van de auto in de in geschil zijnde jaren.

In dit verband geldt dat de bewijslast in geschillen als de onderhavige dusdanig zwaar is dat belanghebbende niet kan volstaan met het aannemelijk maken van de door hem gestelde feiten, maar dat belanghebbende overtuigend bewijs dient te leveren.

Heeft u een discussie met de Belastingdienst over het gebruik van een (bestel)auto van de zaak, laat het ons weten. In de praktijk hebben we regelmatig weten te bewerkstelligen dat een voorgenomen correctie werd voorkomen of verminderd.

Publicatiedatum: 18 maart 2019


Deel dit nieuwsbericht