Gemeente weer geen aftrek van inkoop-btw op sportaccommodaties bij kasrondje

Gemeente weer geen aftrek van inkoop-btw op sportaccommodaties bij kasrondje

In ons nieuwsbericht van 26 november 2018 hebben wij u geïnformeerd over de uitspraak van rechtbank Gelderland (hierna: rechtbank), waarin de vraag centraal stond of de gemeente wel een prestatie tegen vergoeding verricht als zij die vergoeding weer in de vorm van een subsidie aan de scholen verstrekt (het zogenoemd kasrondje). De rechtbank oordeelde dat de gemeente geen diensten tegen vergoeding verricht, omdat zij in wezen geen vergoeding heeft bedongen. Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (hierna: Gerechtshof) heeft in de uitspraak van 4 februari 2020 de beslissing van de rechtbank bevestigd.

Feiten en oordeel rechtbank
De gemeente stelt haar sportaccommodaties onder meer ter beschikking aan scholen in het primair onderwijs, die geen deel (meer) uitmaken van de gemeentelijke organisatie. De gemeente maakt daarbij gebruik van het “kasrondje” en hetgeen zij met de inspecteur heeft afgestemd. Voor het gebruik van de sportaccommodaties brengt de gemeente aan de scholen een vergoeding met btw in rekening, die zij vervolgens als subsidie (‘bijdrage exploitatiekosten’) voor hetzelfde bedrag aan de scholen verstrekt. De inspecteur heeft een naheffingsaanslag opgelegd over het eerste kwartaal van 2015. De Belastingdienst Grote Ondernemingen/kantoor Eindhoven heeft bij brief van 16 januari 2016 een vergelijkbare afspraak met de gemeente Eindhoven met ingang van het schooljaar 2016/2017 opgezegd. De rechtbank beslist dat de gemeente geen diensten tegen vergoeding verricht, aangezien zij in wezen geen vergoeding heeft bedongen (geen economische activiteit). Het beroep van de gemeente op belastingneutraliteit, de algemene beginselen van behoorlijk bestuur en de eisen van redelijkheid en billijkheid wordt door de rechtbank niet gehonoreerd.

Gerechtshof
Het Gerechtshof beslist eveneens dat er geen sprake is van een economische activiteit, waardoor de aan de terbeschikkingstelling van de sportaccommodaties toerekenbare inkoop-btw niet aftrekbaar is. Volgens het Gerechtshof is het vertrouwens-, gelijkheids-, en neutraliteitsbeginsel niet geschonden en is evenmin sprake van staatssteun aan aanbieders van sportaccommodaties in overige situaties.

Belang voor de praktijk
Zoals aangeven in ons nieuwsbericht bij de uitspraak van de rechtbank, heeft deze zaak door de verruiming van de btw-sportvrijstelling per 1 januari 2019 aan belang ingeboet en is alleen nog relevant voor situaties voor die datum. Inmiddels is ook duidelijk dat gemeenten geen SPUK-aanvraag (meer) kunnen indienen voor sportbestedingen die zien op het in gebruik geven van sportaccommodaties aan scholen voor het geven van bewegingsonderwijs.


Publicatiedatum: 16 februari 2020


Deel dit nieuwsbericht