Goedkeuring ter voorkoming van cumulatie van btw moet beperkt worden uitgelegd

Goedkeuring ter voorkoming van cumulatie van btw moet beperkt worden uitgelegd


Op 24 februari 2016 is een uitspraak gepubliceerd waarin Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de goedkeuring uit paragraaf 4.4 van het Vastgoedbesluit beperkt moet worden uitgelegd. De cumulatie van btw die de staatssecretaris van Financiën wil voorkomen treedt op als een particulier een gebouw en het erbij behorende terrein of een bouwterrein – dat hij met btw verkreeg – levert aan een ondernemer die de onroerende zaak binnen de tweejaarstermijn voor de tweede of volgende keer btw-belast levert aan een (andere) particulier. 

In deze zaak ging het om een levering van bouwgrond met btw door een ondernemer aan een particulier in 2008, gevolgd door een levering van die grond met overdrachtsbelasting door een particulier aan een andere particulier in 2009. Daarna hebben nog drie transacties plaatsgevonden, waarbij de laatste transactie de verkoop van een onafgebouwde woning op die grond betrof. De rechtbank oordeelt dat de eerste twee transacties losstaan van de daaropvolgende transacties. Bij de eerste transactie is weliswaar btw verschuldigd door de verkoper die door de koper niet in aftrek kon worden gebracht, maar op de cumulatie van btw die optreedt bij verkoop van de woning door eiseres, zijnde een bouwbedrijf, is de goedkeuring niet van toepassing.
De verschuldigde btw op de levering van de bouwgrond in 2008 kan niet in mindering worden gebracht op de in 2014 verschuldigde btw voor de verkoop van de onafgebouwde woning door het bouwbedrijf. 

Publicatiedatum: 26 februari 2016


Deel dit nieuwsbericht