Hof: Nultarief terecht toegepast op intracommunautaire leveringen van telefoons!

Hof: Nultarief terecht toegepast op intracommunautaire leveringen van telefoons!

Op 7 februari 2019 is een uitspraak van Gerechtshof ’s-Hertogenbosch (hierna: het gerechtshof) gepubliceerd omtrent de vraag of geen recht op aftrek van btw bestaat wegens door de Belastingdienst gestelde betrokkenheid bij fraude.

Feiten

Belanghebbende houdt zich bezig met de handel in mobiele telefoons en tablets. In het kader van de levering van de telefoons door belanghebbende aan haar afnemer in het Verenigd Koninkrijk, heeft belanghebbende de telefoons vervoerd naar logistieke centra, gevestigd in Polen en in Duitsland. Zij heeft de leveringen gelist naar het Britse btw-identificatienummer van haar afnemer. De door belanghebbende ingediende aangifte omzetbelasting voor het tijdvak januari 2013 resulteerde in een btw-teruggaaf van € 175.640. De inspecteur heeft het teruggaafverzoek afgewezen en een naheffingsaanslag opgelegd. De inspecteur heeft de btw gecorrigeerd naar een levering van de telefoons aan de afnemer in het Verenigd Koninkrijk naar het algemene tarief, dat hij heeft berekend op 21/121 x € 1.160.150 = € 201.348. Ter uitvoering van deze correctie heeft de inspecteur de gevraagde teruggaaf van € 175.640 geweigerd en een naheffingsaanslag van € 25.708 (€ 201.348 -/- € 175.640) opgelegd.

Geschil

Tussen partijen is in geschil of belanghebbende op de leveringen aan de afnemer in het Verenigd Koninkrijk terecht het nultarief heeft toegepast. Het geschil spitst zich toe op de volgende vragen:

I Moet belanghebbende voor de toepassing van het nultarief voor de leveringen aan de afnemer in het Verenigd Koninkrijk behalve over het btw-identificatienummer in het Verenigd Koninkrijk, ook beschikken over btw-identificatienummers van de afnemer in het Verenigd Koninkrijk in Polen en Duitsland?

II Heeft belanghebbende niet alle haar ter beschikking staande redelijke maatregelen genomen om fraude te voorkomen, en wist zij of had zij moeten weten dat de door haar verrichte handelingen deel uitmaakten van fraude?

III Heeft de inspecteur met zijn weigering van het nultarief voor de leveringen aan belanghebbende algemene beginselen van behoorlijk bestuur geschonden?

Gerechtshof

Vereisten voor de toepassing van het nultarief

Het gerechtshof verwerpt het betoog van de inspecteur, dat belanghebbende voor de toepassing van het nultarief had moeten beschikken over btw-identificatienummers van de afnemer in de lidstaten van aankomst (Polen en Duitsland). Belanghebbende heeft ten tijde van haar leveringen zowel aan de materiële als formele voorwaarden voor het nultarief voldaan. Dat het btw-identificatienummer achteraf door de autoriteiten in het Verenigd Koninkrijk uit het register van belastingplichtigen is geschrapt, doet hier niet aan af. Met betrekking tot de eerste vraag heeft belanghebbende dan ook gelijk.

Betrokken raken bij fraudesituaties en het zorgvuldigheidsvereiste

Het oordeel van het gerechtshof komt erop neer dat de inspecteur niet aannemelijk heeft gemaakt dat belanghebbende wist of had moeten weten dat de levering van de telefoons aan de afnemer in het Verenigd Koninkrijk deel uitmaakte van fraude door deze afnemer en evenmin van fraude in latere schakels van de handelsketen. Dat bij de handel in fraudegevoelige goederen de mogelijkheid van fraude in de handelsketen aanwezig is, doet daar niet aan af. Met betrekking tot de tweede vraag heeft belanghebbende daarom ook gelijk. Hierdoor komt het gerechtshof niet toe aan de behandeling van de derde vraag.

De naheffingsaanslag moet worden vernietigd en de gevraagde btw-teruggaaf over het tijdvak januari 2013 moet worden verleend.

Belang voor de praktijk

Uit deze uitspraak blijkt maar weer dat het voor de Belastingdienst heel lastig is aan te tonen dat een belastingplichtige wist of had moeten weten dat een levering van goederen deel uitmaakte van fraude door de afnemer of van fraude in latere schakels van de handelsketen. Indien aan de materiële voorwaarden voor het recht op aftrek van btw wordt voldaan, mag dit recht dan ook niet zomaar worden geweigerd aan een belastingplichtige. Indien uw bonafide ondernemer wordt geconfronteerd met een naheffingsaanslag die vaak gepaard gaat met belastingrente en een boete, is het dan ook zaak om u tijdig te laten bijstaan door professionals. Het kan immers lonen zo blijkt uit deze uitspraak. Mocht u naar aanleiding van het vorenstaande nog vragen hebben, neemt u dan gerust contact met ons op via 0487-51 02 89 of via info@zekerfiscaal.nl.

Publicatiedatum: 23 april 2019


Deel dit nieuwsbericht