Hoge Raad acht pseudo-eindheffing voor excessieve vertrekvergoedingen niet in strijd met EVRM

Hoge Raad acht pseudo-eindheffing voor excessieve vertrekvergoedingen niet in strijd met EVRM

De Hoge Raad heeft op 20 juni 2014 geoordeeld dat de pseudo-eindheffing voor excessieve vertrekvergoedingen van artikel 32bb van de Wet op de loonbelasting 1964 niet in strijd is met artikel 1 Eerste Protocol bij het EVRM. Volgens de Hoge Raad heeft de wetgever met de onderhavige regeling en het daarbij gehanteerde overgangsrecht een legitiem doel nagestreefd en daarbij de vereiste ‘fair balance’ in acht genomen.

Blijkens de gedingstukken heeft belanghebbende geen specifiek voor haar situatie geldende feiten en omstandigheden aangevoerd die zouden kunnen meebrengen dat de regeling in haar geval tot een individuele buitensporige last leidt en op die grond buiten toepassing moet blijven.

Kortom, de uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden van 19 februari 2013 wordt door de Hoge Raad vernietigd. Het was deze uitspraak waarin velen een aanwijzing zagen dat ook de zogeheten crisisheffing weleens onrechtmatig kon zijn. We zullen moeten afwachten hoe de Hoge Raad deze pseudo-eindheffing beoordeelt.

Publicatiedatum: 20 juni 2014


Deel dit nieuwsbericht