HR A-G adviseert de Hoge Raad het HvJ-arrest Gemeente Borsele af te wachten

HR A-G adviseert de Hoge Raad het HvJ-arrest Gemeente Borsele af te wachten

Op 29 januari 2016 is een conclusie van A-G Ettema gepubliceerd over de vraag of een schoolgebouw tegen vergoeding is overgedragen en meer specifiek of sprake is van een symbolische vergoeding. 

Gemeente Hardinxveld-Giessendam (hierna: gemeente) heeft een schoolgebouw (bestemd voor primair onderwijs) laten bouwen en het in aanbouw zijnde schoolgebouw, inclusief grond, aan een vereniging in eigendom overgedragen. In de akte van levering is vermeld dat de gemeente afstand doet van haar vordering tot betaling van de koopsom plus btw en dat de vereniging dit bedrag schuldig blijft.
De gemeente heeft de ter zake van de bouw van het schoolgebouw aan haar in rekening gebrachte btw in aftrek gebracht. De inspecteur heeft het standpunt ingenomen dat de gemeente geen recht heeft op btw-aftrek.

De A-G leidt uit rechtspraak van het HvJ en de Hoge Raad af dat beide rechtscolleges niet snel geneigd zijn te oordelen dat een vergoeding symbolisch is. Uit de vaste rechtspraak van het HvJ volgt, dat de maatstaf van heffing in beginsel de prijs is die de betrokken partijen zijn overeengekomen en dat het begrip ‘vergoeding’ een subjectief begrip is. Zij meent dat voor het bepalen of een vergoeding symbolisch is niet mag worden gekeken naar hetgeen onafhankelijke partijen als normaal te achten prijs plegen af te spreken.  

De A-G concludeert dat het oordeel van het Hof dat de overdracht van het schoolgebouw onder bezwarende titel (tegen vergoeding) heeft plaatsgevonden, juist is. De A-G sluit niet uit dat het HvJ met zijn arrest in de zaak Gemeente Borsele nieuw licht zal werpen op onder meer het begrip ‘symbolische vergoeding’ en adviseert de Hoge Raad dat arrest af te wachten, alvorens in deze zaak arrest te wijzen.

Publicatiedatum: 08 februari 2016


Deel dit nieuwsbericht