HvJ: Lid van raad van commissarissen geen ondernemer voor de btw!

HvJ: Lid van raad van commissarissen geen ondernemer voor de btw!

Op 13 juni 2019 is een arrest van het Hof van Justitie gepubliceerd over het antwoord op de vraag of een lid van de raad van commissarissen btw-ondernemer is.

Feiten
IO is lid van de raad van commissarissen van een stichting waarvan de kernactiviteit bestaat uit het blijvend aanbieden van huisvesting aan hulpbehoevenden. De statuten van deze stichting bepalen dat de raad van commissarissen bestaat uit minimaal vijf en maximaal tien leden, die worden benoemd voor een periode van vier jaar. Een persoon die een arbeidsovereenkomst heeft met de stichting kan geen lid van de raad van commissarissen zijn. De leden van de raad van commissarissen kunnen alleen worden geschorst of ontslagen wegens taakverwaarlozing of andere gewichtige redenen, bij besluit van diezelfde raad, genomen met driekwart van de uitgebrachte stemmen in een vergadering van ten minste driekwart van de leden ervan, het betrokken lid of de betrokken leden niet meegerekend. De bevoegdheden van de raad van commissarissen van de stichting omvatten in het bijzonder het benoemen, schorsen en ontslaan van de leden van het bestuur en het vaststellen van hun arbeidsvoorwaarden, het schorsen van de uitvoering van besluiten van het bestuur, het adviseren van het bestuur, het vaststellen van de jaarstukken, het benoemen, schorsen en ontslaan van leden van de raad van commissarissen en het vaststellen van de vaste honorering voor laatstgenoemden. Hoewel de stichting in en buiten rechte wordt vertegenwoordigd door haar bestuur, wordt zij in geval van een belangenconflict tussen het bestuur of een lid daarvan en de stichting, gezamenlijk vertegenwoordigd door de president en één of meerdere leden van de raad van commissarissen. Indien alle leden van het bestuur komen te ontbreken, wordt voorts het bestuur van de stichting waargenomen door de raad van commissarissen, totdat een nieuw bestuur is benoemd. IO ontvangt voor zijn werkzaamheden als lid van de raad van commissarissen van de betrokken stichting een brutovergoeding van € 14.912 per jaar, waarop loonheffing wordt ingehouden. Deze vergoeding is door die raad van commissarissen vastgesteld op grond van de regels van de Wet Normering Bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, en is niet afhankelijk gesteld van de deelname van betrokkene aan vergaderingen, noch van zijn feitelijk gewerkte uren. IO heeft in het kader van zijn functie als lid van die raad van commissarissen over het tweede kwartaal van 2014 btw-aangifte gedaan en heeft € 782 betaald aan de Belastingdienst. Vervolgens heeft hij hiertegen bezwaar ingediend dat door de Belastingdienst is afgewezen. Hof ’s-Hertogenbosch besluit in hoger beroep om prejudiciële vragen te stellen.

Hof van Justitie
Hoewel sprake is van een economische activiteit is IO toch geen btw-ondernemer. De economische activiteit wordt namelijk niet zelfstandig uitgeoefend. IO handelt noch in eigen naam, noch voor eigen rekening, noch onder zijn eigen verantwoordelijk. Daarnaast draagt IO geen enkel economisch bedrijfsrisico.

Belang voor de praktijk
Uit het arrest van het Hof van Justitie volgt dat leden van raden van commissarissen en leden van raden van toezicht geen ondernemer zijn voor de btw. Voormelde leden hoeven dus geen gebruik meer te maken van de kleineondernemersregeling om geen btw in rekening te hoeven brengen. Zij zijn immers geen btw-ondernemer voor hun werkzaamheden.


Publicatiedatum: 17 juni 2019


Deel dit nieuwsbericht