Koepelvrijstelling van toepassing bij stichting die invalpoule leerkrachten beheert

Koepelvrijstelling van toepassing bij stichting die invalpoule leerkrachten beheert

Op 9 september 2021 is een uitspraak gepubliceerd van Gerechtshof Den Haag (hierna: gerechtshof) waarin de vraag aan de orde was of op de bemiddelingsdiensten van een stichting, die een invalpoule van leerkrachten beheert, de koepelvrijstelling van toepassing is.

Feiten

Stichting X (hierna: X) is een samenwerkingsverband van een aantal schoolbesturen in het basisonderwijs en heeft geen winstoogmerk. In totaal zijn 86 scholen aangesloten. Zij beheert een poule van leerkrachten die kunnen worden ingezet bij één van de aangesloten scholen. Zij bemiddelt tussen de scholen met personeelsbehoefte en de leerkrachten uit de poule. De leerkrachten zijn niet in dienst bij X, maar zijn in dienst bij een van de deelnemende scholen of worden in dienst genomen door de school waar zij worden ingezet.

In geschil is of de koepelvrijstelling van toepassing is. En meer specifiek of de bemiddelingsdiensten van X direct nodig zijn voor de vrijgestelde activiteiten van de scholen (het onderwijs) en of sprake is van concurrentieverstoring.

Oordeel gerechtshof

Naar het oordeel van het gerechtshof vallen de diensten van X onder de koepelvrijstelling.
De bemiddelingsdiensten van X zijn specifiek en onmisbaar en direct nodig voor het geven van onderwijs. Zonder een poule van goede, deskundige, bekende en beschikbare docenten kan de continuïteit en dus de kwaliteit van het onderwijs niet worden gewaarborgd. X draagt bij aan deze continuïteit en kwaliteit door vraag en aanbod op de markt voor ervaren docenten te matchen ten behoeve van de aangesloten scholen. De diensten van X mogen niet worden bezwaard door het in rekening brengen van btw.

Algemene diensten

Het gerechtshof is met de inspecteur van oordeel dat algemene diensten, zoals werkzaamheden die ondersteunend van aard zijn of de algemene bedrijfsvoering betreffen, niet onder de koepelvrijstelling vallen. Hierbij kan worden gedacht aan schoonmaakdiensten en het voeren van de administratie.

Concurrentieverstoring

Uit parlementaire stukken leidt het gerechtshof af dat artikel 9 Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 een uitputtende regeling (een negatieve lijst) is. De van de koepelvrijstellig wegens concurrentieverstoring uitgesloten diensten worden expliciet genoemd. Het gerechtshof acht in dit geval niet aannemelijk dat een verstoring van de concurrentieverhoudingen optreedt. De btw moet de concurrentiestoorzender zijn. Er is hier echter sprake van een dusdanige (markt)situatie, dat een buitenstaander geen gelijke kansen heeft. Het weigeren van de btw-vrijstelling alleen maakt dit verschil niet ongedaan. Volgens het gerechtshof is het de vraag of commerciële aanbieders de bemiddelingsdiensten onder dezelfde of vergelijkbare condities zouden kunnen aanbieden. De enkele stelling van de inspecteur dat uitzendbureaus hinder kunnen ondervinden of ook aanspraak willen maken op de koepelvrijstelling, is onvoldoende.

Publicatiedatum: 14 september 2021


Deel dit nieuwsbericht