Komt er een differentiatie in de overdrachtsbelasting?

Komt er een differentiatie in de overdrachtsbelasting?

Vanuit het kabinet is in de afgelopen periode verschillende malen aangegeven dat er momenteel een verkennend onderzoek plaatsvindt naar de overdrachtsbelasting. Onder meer is dit opgemerkt in het kader van de beantwoording van Kamervragen over vermijden van de overdrachtsbelasting bij overdracht van woningen tussen woningcorporaties. Zie een eerder nieuwsbericht hierover.

In een Kamerbrief van 15 mei 2020 heeft minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (‘BZK’) nog eens naar dat onderzoek verwezen door te refereren aan een studie naar een differentiatie in de overdrachtsbelasting voor starters en beleggers. Op verzoek van de Tweede Kamer wordt momenteel gekeken naar mogelijkheden om starters op de woningmarkt vrij te stellen van overdrachtsbelasting en beleggers vanaf de derde woning een hoger tarief te berekenen. Deze verkenning wordt uitgevoerd door Dialogic.

Aanleiding voor deze verkenning was een verzoek van Kamerlid Nijboer (PvdA) aan (voormalig) staatssecretaris Snel van Financiën om de mogelijkheden te bezien om de overdrachtsbelasting voor derde en verdere woningen te verhogen naar 10 procent en die van starters terug te brengen naar 0 procent. Het verkennend onderzoek moet verhelderen of de voorgestelde maatregelen doeltreffend en zinvol zijn.

Het kabinet herhaalt dat het streven is om vóór de zomer de Tweede Kamer nader te kunnen informeren over dit onderwerp. Wanneer de uitkomsten van het onderzoek bekend zijn, zullen wij hierover berichten.


Publicatiedatum: 16 mei 2020


Deel dit nieuwsbericht