Minister niet eens met rechtbank over tewerkstellingsvergunning voor Roemenen

Onlangs hebben we bericht over de uitspraak van Rechtbank Zeeland-West-Brabant waarin werd geoordeeld dat een tewerkstellingsvergunning voor Roemeense arbeidskrachten niet nodig was en dat de op basis van de Wet arbeid vreemdelingen opgelegde boete dientengevolge ten onrechte was opgelegd. Over deze uitspraak zijn Kamervragen gesteld. Op 26 augustus 2015 zijn de antwoorden van minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op deze Kamervragen gepubliceerd.

Uit de antwoorden van de minister blijkt dat hij tegen deze uitspraak hoger beroep heeft ingesteld, omdat hij het niet eens is met een interpretatie van een aantal verdragen die aan deze uitspraak ten grondslag ligt. Daarnaast is deze rechtsvraag inmiddels ook opgekomen in een aantal reeds lopende procedures bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Op afzienbare termijn is dan ook een uitspraak van de hoogste bestuursrechter voorzienbaar.

Deze uitspraak is niet alleen van belang voor de boetes die zijn opgelegd terzake van Roemeense en Bulgaarse arbeidskrachten waarvoor overgangsmaatregelen golden, maar ook ten aanzien van de huidige overgangsmaatregelen ten opzichte van Kroatië.

Publicatiedatum: 31 augustus 2015