Nederland handelt in strijd met Europees btw-recht bij diensten door watersportverenigingen aan leden

Nederland handelt in strijd met Europees btw-recht bij diensten door watersportverenigingen aan leden

Op 25 februari 2016 heeft het Hof van Jusitie (hierna: HvJ) arrest gewezen omtrent de Nederlandse btw-vrijstelling voor de diensten van watersportverenigingen aan hun leden, waaronder de verhuur van lig- en bergplaatsen voor vaartuigen.

Het HvJ oordeelt dat Nederland in strijd met het Europese btw-recht handelt door vrijstelling van btw te verlenen voor de verhuur van lig- en bergplaatsen door watersportverenigingen aan hun leden, wanneer het vaartuig uitsluitend recreatief of voor verblijf wordt gebruikt en niet voor sportieve doeleinden. Daarmee is de Nederlandse btw-vrijstelling ruimer dan volgens de Europese btw-wetgeving (de btw-richtlijn) is toegestaan.

Daarnaast handelt Nederland in strijd met de btw-richtlijn door, voor toepassing van de btw-vrijstelling, de voorwaarde te stellen dat de watersportverenigingen voor het verrichten van hun diensten geen personeel in dienst mogen hebben. Een dergelijke voorwaarde is onverenigbaar met de bepaling uit de btw-richtlijn.

Nederland zal de btw-vrijstelling voor diensten van watersportverenigingen aan hun leden moeten aanpassen. 

Publicatiedatum: 01 maart 2016


Deel dit nieuwsbericht