Nieuw besluit inzake btw-vrijstelling voor diensten door lijkbezorgers, crematoria en exploitanten van begraafplaatsen

Nieuw besluit inzake btw-vrijstelling voor diensten door lijkbezorgers, crematoria en exploitanten van begraafplaatsen

Op 30 december 2016 is een besluit van de staatssecretaris gepubliceerd inzake de btw-vrijstelling voor de diensten door lijkbezorgers, crematoria en exploitanten van begraafplaatsen. Dit besluit betreft een aangepaste versie van het besluit van 9 september 2013. Er is in het nieuwe besluit verduidelijkt dat het vervoer van een overledene in het kader van een uitvaart onder de vrijstelling valt, als het vervoer wordt verricht door degene die zich heeft verbonden om de hele uitvaartplechtigheid te verzorgen. De vrijstelling is ook van toepassing in geval van het vervoer van de overledene naar het mortuarium, als dat vervoer plaatsvindt door de lijkbezorger die de verzorging en opbaring van het lichaam op zich heeft genomen. In het besluit is tevens uiteengezet hoe moet worden gehandeld als de btw-vrijstelling in het verleden niet is toegepast en op aangeschafte bedrijfsmiddelen nog een zogenoemde herzieningsperiode rust. Een herzieningsperiode bestaat uit het boekjaar van ingebruikname en de daarop volgende vier (roerende zaken) resp. negen (onroerende zaken) boekjaren. Vanaf 1 januari 2017 moet de btw-vrijstelling worden toegepast op het vervoer van overledenen, als dat vervoer plaatsvindt door de lijkbezorger die de verzorging en opbaring van het lichaam op zich heeft genomen. Verder is aan het besluit een bijlage toegevoegd waarin is aangegeven hoe bepaalde veel voorkomende prestaties die in verband met een overlijden worden verricht voor de btw moeten worden geduid.

Publicatiedatum: 03 januari 2017


Deel dit nieuwsbericht