Omzet vaste inrichting blijft buiten pro rata hoofdhuis

Op 12 september 2013 heeft het Hof van Justitie geoordeeld, dat de omzet van buitenlandse vaste inrichtingen niet kan worden meegenomen in de pro rata voor de bepaling van het aftrekrecht voor algemene kosten van het hoofdhuis. Dit geldt voor zowel vaste inrichtingen gevestigd binnen als buiten de EU.

Een Nederlands hoofdhuis dat zowel btw-belaste als btw-vrijgestelde prestaties verricht, mag daarmee bij het bepalen van de mate van aftrek van btw op haar algemene kosten (pro rata) geen rekening te houden met omzet van buitenlandse vaste inrichtingen. Een logische consequentie is dat Nederlandse vaste inrichtingen voor de pro rata ook geen rekeningen mogen houden met omzet van buitenlandse vaste inrichtingen en een buitenlands hoofdhuis.

Indien uw bedrijf over buitenlandse vaste inrichtingen beschikt en zowel btw-belaste als btw-vrijgestelde prestaties verricht, geven wij u in overweging om na te gaan of de mate van aftrek (pro rata) na het arrest van het Hof van Justitie nog wel juist wordt vastgesteld. Dat geldt ook indien uw bedrijf buiten Nederland is gevestigd, en in Nederland over één of meer vaste inrichtingen beschikt.

Publicatiedatum: 13 september 2013