Overlijdensuitkering uit ongevallenverzekering belast als loon uit vroegere dienstbetrekking

Overlijdensuitkering uit ongevallenverzekering belast als loon uit vroegere dienstbetrekking

Eerder hebben wij een nieuwsbericht gewijd aan een uitspraak van Rechtbank Gelderland waarin werd geconcludeerd dat de overlijdensuitkering uit een reis- en ongevallenverzekering aan de familie van de overleden werknemer als loon uit vroegere dienstbetrekking kwalificeert. Tegen deze uitspraak is hoger beroep aangetekend door een erfgenaam en daarvan is de uitspraak van Gerechtshof-Arnhem-Leeuwarden (hierna: het hof) op 7 februari 2020 gepubliceerd.

Wat is de casus?
De werkgever had voor zijn personeel een zakelijke reis- en ongevallenverzekering afgesloten. Ter zake van de aanspraken waarop deze verzekering recht geeft, heeft de werkgever geen loonheffing afgedragen. Bij het ongeluk met het vliegtuig met vluchtnummer MH17 komt een werknemer te overlijden. De werkgever heeft een bedrag uitgekeerd van USD 500.000 aan de vijf gerechtigden tot de verzekeringsuitkering. De erfgenaam die de procedure is gestart heeft hiervan USD 100.000 gekregen. De erfgenaam stelt zich op het standpunt dat hierover geen, dan wel minder belastingheffing is verschuldigd en draagt hiertoe drie argumenten aan. Deze argumenten worden door het hof afzonderlijk behandeld en uiteindelijk allemaal ongegrond verklaard.

Onvoldoende causaal verband met dienstbetrekking
De verzekering is gesloten ter uitvoering van een bepaling in de arbeidsovereenkomst. Het recht op een overlijdensuitkering uit die verzekering is daarmee een aanspraak in de zin van artikel 10, lid 2, van de Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: Wet LB). Hierbij is volgens het hof niet relevant of de werkgever verplicht was om deze verzekering af te sluiten. Evenmin is volgens het hof relevant of de werknemer op de hoogte was van de verzekering. De aanspraak op de overlijdensuitkering is krachtens artikel 11, lid 1, onderdeel h, Wet LB vrijgesteld. De uitkering is daarentegen belast. De erfgenaam probeert vergeefs te stellen dat deze omkeerregel niet van toepassing is en de aanspraak belast had moeten worden.

Naar algemene maatschappelijke opvattingen niet als beloningsvoordeel ervaren
Waar voor de rechtbank er nog vanuit werd gegaan dat de werkkostenregeling door de werkgever werd toegepast, zijn partijen ter zitting voor het hof overeengekomen dat dat niet het geval is. Dat betekent dat in het onderhavige jaar nog de vrijstelling geldt voor vergoedingen en verstrekkingen ‘die naar algemene maatschappelijke opvattingen niet als beloningsvoordeel worden ervaren’. Het hof is echter van oordeel dat deze vrijstelling niet van toepassing is. Enerzijds omdat de aard van het recht op de uitkering niet in een te verwijderd verband staat met de dienstbetrekking en anderzijds omdat het om een aanzienlijk bedrag gaat.

Vrijstelling voor overlijdensuitkering is niet juist toegepast
De Belastingdienst heeft de vrijstelling (van driemaal het loon over een maand) voor een overlijdensuitkering ex artikel 11, lid 1, onderdeel m, Wet LB verdeeld over de vijf gerechtigden tot de verzekeringsuitkering. De erfgenaam stelt dat iedere gerechtigde recht heeft op de volledige vrijstelling. Het hof deelt dit standpunt niet en geeft aan dat deze vrijstelling – mede gezien de tekst van de wet – slechts éénmaal toepassing vindt.

Heeft u vragen over de fiscale aspecten rondom een ongevallenverzekering of wilt weten hoe voorkomen kan worden dat over een overlijdensuitkering loonheffing is verschuldigd, laat het ons weten. Wij zijn u graag van dienst bij het vinden van een oplossing.


Publicatiedatum: 09 februari 2020


Deel dit nieuwsbericht