(Para)medische vrijstelling volgens minister VWS ruimer dan was voorzien!

(Para)medische vrijstelling volgens minister VWS ruimer dan was voorzien!

Enige tijd geleden hebben wij u geïnformeerd over een arrest van de Hoge Raad inzake een paranormaal therapeut. Uit dit arrest volgt dat de paranormaal therapeut op HBO-niveau vrijgesteld is van btw, omdat de verrichte gezondheidskundige diensten soortgelijk zijn aan die van BIG’ers. Op 15 juli 2015 zijn de antwoorden van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport naar aanleiding van vragen van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport gepubliceerd. De vragen zijn mede namens de staatssecretaris van Financiën beantwoord. De minister geeft aan dat het arrest inzake de paranormaal therapeut zal leiden tot een ruimere toepassing van de (para)medische vrijstelling voor niet-Wet BIG-beroepsbeoefenaren, dan bij de wetswijziging per 1 januari 2013 was voorzien. De Belastingdienst zal zich aan dit arrest houden. Voor cognitief gedragstherapeuten VGCt die niet BIG zijn geregistreerd, betekent dit dat de Belastingdienst deze groep voor hun gezondheidskundige diensten zal vrijstellen van btw, als vaststaat dat sprake is van kwalitatief soortgelijke gezondheidskundige diensten als gezondheidskundige diensten die worden verricht door BIG’ers. Handelingen van psychotherapeuten die BIG-geregistreerd zijn en die behoren tot de voltooide opleiding tot cognitief gedragstherapeut VGCt en de deskundigheid van dit beroep, zijn eveneens vrijgesteld van btw. 

Verder brengt de minister in herinnering dat de (para)medische vrijstelling alleen van toepassing is op diensten van de psycholoog Arbeid en Gezondheid NIP, als sprake is van gezondheidskundige verzorging van de mens. Hierbij kan worden gedacht aan de psychologische begeleiding van een werknemer met een burn-out. Dit betekent dat de vrijstelling niet kan worden toegepast op diensten waar geen sprake is van de gezondheidskundige verzorging van de mens, zoals diensten op het vlak van organisatieadvies.

Tevens brengt de minister in herinnering dat de gezondheidskundige diensten van de Kinder- en Jeugdpsycholoog (specialist) NIP, de Psycholoog Arbeid en Gezondheid NIP en de NVO Orthopedagoog-Generalist ten opzichte van de GZ-psycholoog zijn vrijgesteld van btw.

De minister antwoordt verder dat de koppeling van de (para)medische vrijstelling aan de basisverzekering een volledige herziening zou vergen van het stelsel aan btw-vrijstellingen, zoals dat nu binnen de zorg geldt. Een dergelijke ingrijpende herziening is wat de regering betreft niet aan de orde. Overigens zou een koppeling van de (para)medische vrijstelling aan zorgdiensten (en leveringen) die worden vergoed uit het basispakket tot een inperking van de huidige btw-vrijstelling leiden, aldus de minister. Zo zouden bijvoorbeeld tandartsbehandelingen voor volwassenen en vrijwel alle fysiotherapie belast moeten worden met btw. Er is geen onderzoek gedaan naar de financiële gevolgen van een dergelijke wijziging. Ook is niet onderzocht of een dergelijke wijziging Unierechtelijk is toegestaan, aldus nog steeds de minister.

Op grond van het eerder genoemde arrest van de Hoge Raad inzake de paranormaal therapeut, zal de Belastingdienst orthopedagogen met een academische opleiding die gezondheidskundige diensten aan de mens verrichten, die kwalitatief soortgelijk zijn aan de gezondheidskundige diensten van de NVO Orthopedagoog-Generalist en aan die van BIG’ers, van btw vrijstellen.

Tevens zegt de minister toe dat zij op basis van een wetsvoorstel aan het parlement zal voorleggen om de orthopedagoog-generalist op te nemen in artikel 3 Wet BIG.

Publicatiedatum: 27 juli 2015


Deel dit nieuwsbericht