Promovendi en het recht op kinderopvangtoeslag

Promovendi en het recht op kinderopvangtoeslag

In een op 30 november 2018 gepubliceerde uitspraak van Rechtbank Den Haag is beslist dat een beurspromovendus die een promotieonderzoek verricht aan de universiteit, geen recht op kinderopvangtoeslag heeft. Deze beurspromovendus zou niet voldoen aan artikel 1.6, eerste lid, onder j. van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen (‘Wkkp’). Uit de uitspraak blijkt dat de beurspromovendus ter zake van zijn werkzaamheden als promovendus geen inkomen uit werk en woning heeft aangegeven en dat ook overigens niet gebleken is dat de Inspecteur het stipendium als inkomen uit werk en woning in de zin van de Wet inkomstenbelasting 2001 heeft aangemerkt.

Naar aanleiding van deze uitspraak zijn er Kamervragen gesteld aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (‘OCW’) over de kinderopvangtoeslag voor beurspromovendi. De minister van OCW heeft, in overleg met de staatssecretaris van Financiën en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, op 15 maart 2019 deze vragen beantwoord.

In de antwoorden wordt ingegaan op het onderscheid tussen buitenpromovendi, promotiestudenten en beurspromovendi. Daarbij wordt aangegeven dat zij over het algemeen niet in een dienstbetrekking staan tot de universiteit. Wanneer sprake is van een fictieve dienstbetrekking of de inkomsten belast zijn als resultaat uit overige werkzaamheden, zoals bedoeld in de Wet IB 2001, is sprake van het verrichten van tegenwoordige arbeid waaruit inkomen uit werk en woning in de zin van de Wet IB 2001 wordt genoten. Alsdan bestaat – indien aan de overige voorwaarden is voldaan – toch recht op kinderopvangtoeslag. Dus ook de promotiestudent, die op grond van zijn studentstatus geen aanspraak maakt op kinderopvangtoeslag, heeft wanneer hij in een fictieve dienstbetrekking staat recht op kinderopvangtoeslag.

In de antwoorden wordt ook ingegaan op de juridische aspecten van de rechtsverhouding van werknemer-promovendi, promotiestudenten en (internationale) beurspromovendi. Daarbij wordt opgemerkt dat de VSNU bezig is met een traject om de verschillende soorten promovendi aan de Nederlandse universiteiten in kaart te brengen.

Publicatiedatum: 18 maart 2019


Deel dit nieuwsbericht