Rechter kwalificeert alphacontract als arbeidsovereenkomst

De civiele kamer van Hof Arnhem – Leeuwarden kwam onlangs tot de conclusie dat er een arbeidsovereenkomst bestond tussen een vermeende alphahulp en een thuiszorginstelling.

Het hof oordeelde dat voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst niet beslissend is welke juridische kwalificatie partijen zelf aan hun verhouding hebben gegeven. Volgens het hof is van belang of de (feitelijk) afgesproken rechten en verplichtingen al dan niet voldoen aan de in art. 7:610 BW vermelde vereisten voor een arbeidsovereenkomst. Het hof nam in haar overwegingen mee dat de hoogte van het loon werd bepaald in de verhouding tussen de alphahulp en thuiszorginstelling. Verder wees het hof er op dat de loonbetaling in overwegende mate (feitelijk) door de thuiszorginstelling geschiedde en dat die betaling slechts een verwijderd en indirect verband had met de afdracht van de eigen bijdrage van de cliënten aan het CAK.

Kortom, de thuiszorginstelling was geen bemiddelaar maar werkgever. Nu de alphahulp arbeidsongeschikt was geraakt, was de thuiszorginstelling verplicht het loon door te betalen tijdens de arbeidsongeschiktheid.

Publicatiedatum: 03 januari 2014