Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers toegelicht!

Eerder hebben we bericht dat met ingang van 1 januari 2019 alle voormalige, voor de verschillende politieke ambten van de decentrale bestuursorganen, geldende rechtspositiebesluiten zijn gebundeld in één rechtspositiebesluit: het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

Naar aanleiding van vragen heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (‘BZK’) op 10 december 2019 in een aanvullende circulaire toelichting gegeven op een aantal onderwerpen uit het geharmoniseerde Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. De circulaire van BZK biedt verheldering over onder meer de volgende onderwerpen:

• het ter beschikking stellen en overnemen van ICT-middelen
• het zakelijk en niet-zakelijk gebruik van een ter beschikking gestelde auto. In dit verband wordt onder meer opgemerkt dat onderscheid gemaakt moet worden tussen zakelijk, bestuurlijk en privégebruik van de door de gemeente ter beschikking gestelde auto. Het is goed te weten dat bij gebruik voor bestuurlijke doeleinden het om ritten gaat die voor de fiscale bijtellingsregeling als niet-zakelijk worden aangemerkt, ondanks dit gebruik naar het oordeel van het college van burgemeester en wethouders in het belang van de gemeente kan zijn. Tegen deze achtergrond is het aan te raden om bij twijfel over de zakelijkheid van een rit die vraag voor te leggen aan de belastinginspecteur. Het is goede praktijk om met de belastinginspecteur de lijst met zakelijke en bestuurlijke functies van het college af te kaarten. Desgewenst kunnen wij u hierbij behulpzaam zijn.
• de auto voor gemeenschappelijk gebruik en/of auto op afroep
• de vergoeding van reiskosten aan raads- en commissieleden . In dit verband wordt opgemerkt dat de presentievergoeding van commissieleden kan worden aangemerkt als een vrijwilligersvergoeding indien de vergoeding niet meer bedraagt dan € 170,00 per maand en € 1.700,00 per kalenderjaar. Een zogeheten IB’47 opgaaf kan dan achterwege blijven.

Verder wordt er onder meer opgemerkt dat de vergoeding of verstrekking van energie en water bij een aan de burgemeester ter beschikking gestelde woning fiscaal loon (in natura) vormt. Er is geen norm voor dit loonvoordeel. Dat betekent dat de feitelijke verstrekking of vergoeding van energie en water loon vormt als die voor rekening komt van de gemeente. Naast de economische huurwaarde van de woning is dus ook een dergelijke vergoeding of verstrekking belast loon.

Heeft u vragen over het rechtspositiebesluit of specifieke vergoedingen of verstrekkingen aan decentrale politieke ambtsdragers, laat het ons weten. Wij zijn u graag van dienst bij het beantwoorden van uw vragen.

Publicatiedatum: 14 december 2019