Staatssecretaris beantwoordt Kamervragen over naheffing voor vergoeding overblijfkrachten

Staatssecretaris beantwoordt Kamervragen over naheffing voor vergoeding overblijfkrachten

Op 20 oktober 2014 heeft de staatssecretaris van Financiën mede namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap vragen vanuit de Tweede Kamer inzake naheffingen bij scholengemeenschappen beantwoord. Deze naheffingen loonheffingen zijn door de Belastingdienst opgelegd omdat de betalingen door de scholen aan overblijfkrachten als loon zouden kwalificeren.

In de antwoorden op de Kamervragen gaat de staatssecretaris in op de voorwaarden om als vrijwilliger in de zin van de loonheffing te worden aangemerkt. Deze voorwaarden lijken in de praktijk niet altijd in acht te zijn genomen. Dit geldt met name voor de voorwaarde dat een vergoeding niet marktconform mag zijn. Jaren geleden is in dit verband opgemerkt dat een vergoeding van ten hoogste € 4,50 per uur (voor vrijwilligers van 23 jaar en ouder) niet marktconform is. Dit betekent echter niet dat bij een hogere vergoeding steevast sprake is van een dienstbetrekking, zoals de Belastingdienst geregeld stelt. Nee, enkel de fiscale vrijwilligersregeling zou dan niet van toepassing kunnen zijn. Tot een gelijke conclusie kwam Rechtbank Haarlem eind 2012 in een geschil waarbij de vraag was of de overblijfkrachten die de tussenschoolseopvang verzorgen in dienstbetrekking zijn bij de kinderopvangstelling.

Anders dan staatssecretaris Wiebes zien wij wel mogelijkheden en wellicht ook aanleiding om op zijn minst de boeten die bij de naheffingsaanslagen aan de scholengemeenschappen zijn opgelegd van tafel te krijgen.

Mocht u vragen hebben naar aanleiding van dit nieuwsbericht, neem dan gerust contact met ons op.

Publicatiedatum: 26 oktober 2014


Deel dit nieuwsbericht