Subsidieregelingen voor sportaccommodaties en sportmaterialen wijzigen per 1 januari 2020!

Subsidieregelingen voor sportaccommodaties en sportmaterialen wijzigen per 1 januari 2020!

Vandaag zijn twee regelingen gepubliceerd met wijzigingen met betrekking tot de ‘Regeling stimulering bouw en onderhoud sportaccommodaties’ (hierna: BOSA) en de ‘Regeling specifieke uitkering stimulering sport’ (hierna: SPUK). De regelingen treden in werking met ingang van 1 januari 2020.

Hierna zetten we de belangrijkste wijzigingen puntsgewijs uiteen.

BOSA

  • Verduidelijkt is dat alleen amateursportorganisaties (en blijkbaar ook gemeentelijke sportbedrijven) in aanmerking komen voor subsidie.
  • Benadrukt is dat dubbelfinanciering met de SPUK niet mogelijk is.
  • Om de geconstateerde over stimulering tegen te gaan, is het maximale subsidiepercentage verlaagd van 35% naar 30%. Het subsidiepercentage voor activiteiten die in aanmerking komen voor aanvullende subsidie (maatregelen voor energiebesparing en toegankelijkheid, opgenomen in Bijlage 1 van de regeling) is daarvoor verlaagd van 15% naar 10%. De ‘standaard’ subsidie blijft 20%.
  • Bijlage 1 is gewijzigd. In de categorieën energiebesparing en toegankelijkheid zijn, afgezien van tekstuele aanpassingen, een aantal maatregelen verwijderd en nieuwe maatregelen toegevoegd. Dit is gedaan op basis van de ervaringen van het afgelopen jaar, de ontwikkelingen in de techniek en is gekeken naar welke maatregelen wel en niet aansluiten bij de wensen van de aanvrager. Daarnaast is een derde categorie toegevoegd: circulair. Deze categorie bevat maatregelen die CObesparen doordat ze bijdragen aan een circulaire economie.

SPUK

  • Verduidelijkt is dat de activiteiten slechts eenmaal voor financiering in aanmerking komen. Of wel op grond van de BOSA dan wel op grond van de SPUK.
  • Sportbedrijven krijgen jaarlijks de keuze of zij een aanvraag indienen binnen de BOSA of zich laten opnemen in een aanvraag van een gemeente voor SPUK. Zij maken deze keuze voor het sportbedrijf als geheel. Het is dus niet mogelijk om op kostenpostenniveau een optimale verdeling tussen de beide regelingen te kiezen.
  • In het eerste jaar van de regeling zijn de aanvragen van de gemeenten geanalyseerd en op basis van de uitkomsten daarvan wordt het plafond voor 2020 bijgesteld tot € 178 miljoen (voor 2019 € 185 miljoen).
  • In overleg met de gemeenten is de aanvraagtermijn gewijzigd van vóór 1 juni naar vóór 1 maart. Dit om beter aan te sluiten bij de begrotingscyclus van de gemeenten.
  • Om de administratieve lasten te verminderen, vindt de betaling van het voorschot in één keer plaats.

Publicatiedatum: 15 oktober 2019


Deel dit nieuwsbericht