Te laat verstrekken info leidt niet tot verval recht op teruggaaf buitenlandse btw

Op 2 mei 2019 is een arrest van het Hof van Justitie gepubliceerd over de vraag of het recht op teruggaaf van btw uit andere lidstaten vervalt, als vragen van de belastingdienst uit die lidstaat niet tijdig worden beantwoord.

Feiten

Sea Chefs, een in Duitsland gevestigde onderneming, heeft op 17 september 2015 via de in haar lidstaat van vestiging ter beschikking gestelde portaalsite verzocht om teruggaaf van in 2014 in rekening gebrachte btw. Op 14 december 2015 heeft de Franse belastingdienst via e-mail een verzoek om aanvullende gegevens aan Sea Chefs gericht. Omdat deze onderneming niet binnen de gestelde termijn van een maand heeft geantwoord, heeft de Franse belastingdienst op 29 januari 2016 het door Sea Chefs ingediende teruggaafverzoek afgewezen. De Franse rechter besluit de zaak voor te leggen aan het Hof van Justitie.

Hof van Justitie

Het niet binnen de termijn van een maand beantwoorden van vragen van de Franse belastingdienst leidt er niet toe dat Sea Chefs geen recht meer heeft op de gevraagde btw-teruggaaf. De richtlijnbepaling waarin de termijn van een maand is opgenomen, is namelijk geen vervaltermijn.

Belang voor de praktijk

Belastingplichtigen die vragen moeten beantwoorden in verband met het terugvragen van btw van andere lidstaten, hoeven niet bang te zijn dat zij geen recht meer hebben op die teruggaaf als de vragen niet tijdig worden beantwoord. Desalniettemin blijft het verstandig om dergelijke vragen binnen een maand te beantwoorden.  

Publicatiedatum: 05 mei 2019