Terbeschikkingstelling zwembad is btw-belaste prestatie, wel beperking aftrek wegens privégebruik

Op 16 mei 2017 is een uitspraak gepubliceerd waarin Rechtbank Zeeland-West-Brabant (hierna: de rechtbank) heeft geoordeeld, dat de terbeschikkingstelling van een zwembad met attributen en schoonmaak voor kortstondige duur geen vrijgestelde verhuur van een onroerende zaak is. Volgens de rechtbank faciliteert de ingebruikgever een specifiek gebruik van de onroerende zaak, namelijk fysiotherapeutische behandelingen.

Feiten
B VOF laat een binnenzwembad, inclusief douche- en kleedruimte en berging bouwen aan het woonhuis van haar vennoten. Na realisatie geeft B VOF het zwembad aan A VOF in gebruik voor fysiotherapeutische behandelingen tegen een vergoeding van € 30 per uur exclusief 6% btw. In de overeenkomst is vastgelegd dat de exploitant zorgdraagt voor de schoonmaak en het onderhoud van het zwembad en zorgt voor voorzieningen en materialen. In geschil is of de terbeschikkingstelling van het zwembad door B VOF aan A VOF moet worden aangemerkt als de verhuur van een onroerende zaak.

Rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is geen sprake van verhuur van een onroerende zaak. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat B VOF een specifiek gebruik van de onroerende zaak faciliteert, namelijk fysiotherapeutische behandelingen in het zwembad. Bij de terbeschikkingstelling van het zwembad draagt B VOF zorg voor:

• attributen, zoals een loopband, jet streams en reguleerbare temperatuur;
• de temperatuur van het water. Voordat A VOF daar met haar cliënten komt, zorgt B VOF ervoor dat de temperatuur van het water zodanig is ingesteld dat dit voldoet aan de behandelwensen voor de eerstvolgende cliënt van A VOF;
• de dagelijkse schoonmaak.

Verder acht de rechtbank van belang dat de duur van de terbeschikkingstelling van het zwembad telkens kortstondig is.

Nu de rechtbank beslist dat geen sprake is van verhuur van een onroerende zaak, is tussen partijen niet in geschil dat sprake is van een belaste prestatie en dat B VOF in principe recht heeft op aftrek van de bij de bouw van het zwembad in rekening gebrachte btw. Wel ziet de rechtbank in hetgeen partijen hebben gesteld reden om de aftrek te beperken wegens privégebruik van het zwembad.

Publicatiedatum: 27 juni 2017