Toelichting van staatssecretaris op alternatief voor BGL en VAR

De staatssecretaris van Financiën heeft op 16 juni 2015 de Nota naar aanleiding van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties naar de Tweede Kamer gestuurd. In deze nota wordt ingegaan op de voortgang van de behandeling van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties en wordt (meer) duidelijkheid gegeven op Kamervragen over de verantwoordelijkheid van de opdrachtgever en de positie van de intermediair.

Uit de antwoorden van de staatssecretaris wordt duidelijk dat de opdrachtgever een veel grotere verantwoordelijkheid krijgt in het alternatief voor de Beschikking Geen Loonheffingen (BGL) en de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR): de opdrachtgever is tezamen met de opdrachtnemer verantwoordelijk voor de fiscale kwalificatie van de arbeidsrelatie. Wanneer er wordt afgeweken van een door de Belastingdienst beoordeelde voorbeeldovereenkomst, kan de Belastingdienst ervoor kiezen de naheffing loonheffingen op te leggen aan de opdrachtgever in plaats van losse correcties bij de individuele opdrachtnemers.

Het streven is dat de Belastingdienst in de aanloop naar de inwerkingtreding van dit wetsvoorstel per 1 januari 2016 medio oktober 2015 al ongeveer veertig (voorbeeld)overeenkomsten heeft beoordeeld en gepubliceerd. De Belastingdienst is daarbij wel afhankelijk van de sectoren en belangengroepen die de overeenkomsten moeten voorleggen. Opdrachtgevers die veel opdrachtnemers contracteren doen er goed aan om de gebruikte of te gebruiken overeenkomst(en) zo snel mogelijk aan de Belastingdienst voor te leggen om zeker te stellen dat voor 1 januari 2016 de beoordeling kan zijn afgerond.

Publicatiedatum: 13 juni 2015