Van een beurs afgenomen diensten moeten op zichzelf worden beoordeeld

Op 18 november 2015 is een uitspraak van Gerechtshof Amsterdam gepubliceerd waaruit volgt dat op basis van de verleggingsregeling btw is verschuldigd, omdat de btw-vrijstelling voor handelingen inzake effecten en andere waardepapieren of de bemiddeling daarbij niet van toepassing is en geen sprake is van diensten met betrekking tot onroerende zaken.  

Belang voor de praktijk
Uit deze uitspraak blijkt dat het voor Nederlandse ondernemers die grensoverschrijdende diensten afnemen van belang is om zich ervan bewust te zijn dat zij op de voet van de verleggingsregeling kunnen worden geconfronteerd met verschuldigde Nederlandse btw. Indien zij btw-vrijgestelde prestaties verrichten, kunnen zij de naar hen verlegde btw niet in aftrek brengen en vormt daarmee een kostenpost.

Feiten
X bv is een financial trading company en market maker en handelt met eigen kapitaal op financiële markten. X bv is onder andere lid van de beurzen New York Stock Exchange (NYSE) en van de Deutsche Börse (Börse). X bv heeft voor de beurzen NYSE en Börse het lidmaatschap verworven om te handelen en neemt van die beurzen ook diensten af op het gebied van informatievoorzieningen (market data/bid & ask) en technische voorzieningen (webtrading). Market data/bid & ask betreft het verstrekken van zogenoemde real-time informatie (in tegenstelling tot historische informatie over koersontwikkelingen). Webtrading houdt in dat X bv een voor haar geschikte toegang tot de beurs verkrijgt door met een inlognaam en wachtwoord rechtstreeks in te loggen op het systeem van Börse.
Voor het handelen op beurzen waarvan X bv geen lid is, maakt zij gebruik van de diensten van A. A treedt voor X bv op als prime broker, clearing member en settlement member. De diensten van A betreffen het verlenen van software (licenties), koersinformatie, market data/bid & ask, rackspace en connectivity.

De inspecteur is van mening dat X bv op basis van de verleggingsregeling voor alle diensten btw is verschuldigd en heeft een naheffingsaanslag opgelegd. X bv stelt dat de diensten die zij van NYSE, Börse en A heeft afgenomen zijn vrijgesteld van btw als zijnde handelingen inzake effecten en andere waardepapieren of bemiddeling daarbij.

Gerechtshof
Het gerechtshof is van oordeel dat de diensten op zichzelf moeten worden beoordeeld en niet zijn vrijgesteld van btw.

X bv stelt met betrekking tot de dienst Rackspace (een ruimte voor de installatie van computer hardware in een datacenter, welke uitsluitend dienen voor het tot stand brengen van verbinding met beurzen en andere handelsplatformen) subsidiair dat deze dient te worden aangemerkt als een dienst die betrekking heeft op een onroerende zaak. In dat geval is de plaats van dienst van A niet in Nederland gelegen en is geen Nederlandse btw verschuldigd. X bv voert daartoe aan dat haar ruimte ter beschikking is gesteld in een datacenter van A waarin zij haar eigen apparatuur kan plaatsen, gebruiken en aansluiten aan andere hardware. Het gerechtshof oordeelt dat ten aanzien van de dienst Rackspace geen sprake is van het ter beschikking krijgen van een ruimte in een onroerende zaak. Het gaat X bv namelijk niet om een bepaalde ruimte in een bepaalde onroerende zaak, maar om plaatsing van apparatuur in de nabijheid van de beurs als onderdeel van het geheel van door A verrichte diensten. Naar het oordeel van het gerechtshof is de rol van een onroerende zaak beperkt tot het voorkomen dat de apparatuur in de openlucht komt te staan. Dat is op zichzelf niet voldoende om te spreken van een dienst met betrekking tot een onroerende zaak. 

Publicatiedatum: 11 december 2015