Verkrijging schoolgebouw/woning belast met 2% overdrachtsbelasting

Verkrijging schoolgebouw/woning belast met 2% overdrachtsbelasting

Op 22 januari 2015 is een uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland gepubliceerd waarin zij de naheffingsaanslag overdrachtsbelasting, ter zake van de overdracht van een schoolgebouw/woning vernietigt, in verband met een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel.

Feiten
In 2013 is aan X de eigendom van een voormalig schoolgebouw overgedragen.
In een e-mail van een behandelfunctionaris van de Belastingdienst van 26 juni 2013 aan de notaris heeft de functionaris toegezegd dat de koopsom wordt gesplitst in een 2%- en een 6%-gedeelte, mits de bestemming tot (gedeeltelijk) wonen is goedgekeurd.
Voor de berekening van de verschuldigde overdrachtsbelasting is vastgesteld dat een deel van het gebouw feitelijk als woning wordt gebruikt en bestemd is voor bewoning. Voor het gedeelte dat als woning is bestemd is het 2%-tarief toegepast, voor het overige gedeelte 6%.
Voor de eigendomsoverdracht is de bestemming van het gebouw door de gemeente gewijzigd.
De taxateur van de Belastingdienst acht het 2%-tarief niet van toepassing, omdat het gebouw nog steeds aan te merken is als een schoolgebouw/expositieruimte. Naar aanleiding van de taxatie is door de inspecteur een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting opgelegd berekend naar een tarief van 6% over de hele koopsom.
X heeft in verband met de toezegging van de functionaris van de Belastingdienst een beroep gedaan op het vertrouwensbeginsel.

Oordeel rechtbank
De rechtbank oordeelde dat de e-mail van de behandelfunctionaris niet anders dan als toezegging kan worden opgevat. De behandelfunctionaris heeft weloverwogen en bewust het standpunt ingenomen dat een gedeelte van het gebouw als woning kwalificeerde. Daarnaast oordeelde de rechtbank dat de behandelfunctionaris zijn toezegging niet onmiddellijk en onmiskenbaar duidelijk heeft ingetrokken. De toezegging in de e-mail van 26 juni 2013 is herroepen bij brief aan de notaris van 28 november 2013 waarin het voornemen tot naheffing werd aangekondigd. Door dit tijdsverloop is geen sprake van een onmiddellijke intrekking. Het beroep van X op het vertrouwensbeginsel is gegrond. Het tarief van 2% is terecht toegepast op het gedeelte van het gebouw dat als woning kwalificeert.

Slot
Uit de uitspraak van rechtbank Noord-Nederland blijkt dat onder omstandigheden een beroep op het vertrouwensbeginsel in verband met uitlatingen van de Belastingdienst succesvol is. 

Publicatiedatum: 05 februari 2015


Deel dit nieuwsbericht