Waarnemend oogarts stelt arbeidsovereenkomst te hebben omwille van recht op pensioenaanspraken

Waarnemend oogarts stelt arbeidsovereenkomst te hebben omwille van recht op pensioenaanspraken

Bepalend voor de heffing van loonbelasting/premie volksverzekeringen is de vraag of er sprake is van een arbeidsverhouding die is aan te merken als een (fictieve) dienstbetrekking? Ook voor de vraag of er al dan niet recht bestaat op pensioenaanspraken kan het relevant zijn of er sprake is van een dienstbetrekking. Een voorbeeld hiervan is een uitspraak van Rechtbank Midden Nederland, die op 3 december 2021 is gepubliceerd, en waarbij het geschil speelde tussen een waarnemend oogarts en het pensioenfonds Zorg en Welzijn.

De oogarts heeft meerdere jaren, naast zijn werkzaamheden als zelfstandig gevestigd oogarts, in verschillende ziekenhuizen waargenomen voor de aldaar werkzame oogartsen. De oogarts stelt dat hij in die perioden pensioenaanspraken heeft opgebouwd bij het pensioenfonds Zorg en Welzijn. Daarvoor is vereist dat de oogarts werkte op basis van een arbeidsovereenkomst. Daarom vraagt hij de rechter voor recht te verklaren dat daarvan sprake was. Maar de rechter wijst dit verzoek af. Op de dagvergoedingen zijn immers geen fiscale inhoudingen gedaan, en dit is volgens de rechter een belangrijke aanwijzing dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. Dat de arts zich als waarnemer diende te voegen naar de manier waarop het werk van de oogartsen in het ziekenhuis was georganiseerd, levert geen aanwijzing op voor een arbeidsovereenkomst. Uiteraard moest de arts werken volgens het rooster van de waargenomen arts, aldus de rechter. Ten slotte wijzen de gekozen bewoordingen in de gesloten overeenkomst ook niet op een gezagsverhouding.

Steeds vaker zijn er procedures waarbij de vermeende opdrachtnemers stellen toch in dienstbetrekking te staan tot de opdrachtgever. Denk bijvoorbeeld aan de procedures rondom Uber, Deliveroo en Helpling waarover wij eerder hebben bericht. Het belang van opdrachtnemer om te stellen dat sprake is van een dienstbetrekking kan bijvoorbeeld gelegen zijn in het recht op een werknemersuitkering maar, zo blijkt uit bovenstaande uitspraak, ook het recht op pensioenaanspraken.

Waar wij ook nog op willen attenderen is dat wanneer er geen sprake is van een ‘echte’ dienstbetrekking voor de loonheffingen er nog altijd sprake kan zijn van een zogenaamde fictieve dienstbetrekking. Een arbeidsverhouding tussen opdrachtgever en uitvoerder, die door de wetgever - onder voorwaarden - toch als een dienstbetrekking wordt behandeld. Dit betekent dat voor de inhouding van loonbelasting/premie volksverzekeringen en de verschuldigdheid van werkgeverspremies in het algemeen dezelfde regels worden toegepast als bij echte dienstbetrekkingen. 

Publicatiedatum: 13 januari 2022


Deel dit nieuwsbericht