Btw op verbouwingskosten oudbouw van monumentaal pand niet aftrekbaar

Btw op verbouwingskosten oudbouw van monumentaal pand niet aftrekbaar

Op 16 september 2016 is een uitspraak gepubliceerd waarin Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (hierna: gerechtshof) heeft geoordeeld dat de btw op de verbouwingskosten ter zake van de oudbouw van een monumentaal pand niet aftrekbaar is. De oudbouw is na de oplevering namelijk uitsluitend gebruikt voor vrijgestelde handelingen.

Feiten
X is in 2005 opgericht met als doel het hoofdzakelijk exploiteren en in stand houden van monumenten. In dat kader heeft X eind 2005 een monumentaal pand verworven. Het pand bestaat uit twee gedeelten, een nieuwer deel en een ouder deel (oudbouw). Het nieuwere gedeelte wordt geschikt gemaakt als hotel, het oudere gedeelte wordt geschikt gemaakt voor de verhuur. Van eind 2005 tot begin 2008 wordt het pand verbouwd. Tijdens deze periode wordt het pand onder andere btw-vrijgesteld verhuurd aan I en Stichting L. Het hotelgedeelte wordt btw-belast verhuurd aan P bv. De in verband met de verbouwingswerkzaamheden in rekening gebrachte btw heeft X geheel in aftrek gebracht. Naar aanleiding van een boekenonderzoek in 2008 legt de inspecteur naheffingsaanslagen op. De inspecteur stelt dat 56,3% van de totale verbouwingskosten kan worden toegerekend aan belaste prestaties, te weten de belaste verhuur van het hotel- en restaurantgedeelte en 43,7% aan de van btw-vrijgestelde verhuur aan I en Stichting L.

In geschil is of en zo ja, in hoeverre X recht heeft op aftrek van de btw op de verbouwing van de oudbouw.

Oordeel gerechtshof
Het gerechtshof stelt voorop dat de oudbouw na de oplevering uitsluitend is gebruikt voor vrijgestelde handelingen, namelijk de verhuur aan I en Stichting L. De wens c.q. het voornemen van X om ook de oudbouw belast te verhuren is niet relevant. De btw op de verbouwingskosten ter zake van de oudbouw is niet aftrekbaar.  
X stelt zich subsidiair op het standpunt dat als gevolg van de verbouwing sprake is van een nieuw vervaardigd goed, zodat btw was verschuldigd op grond van een integratielevering. Naar het oordeel van het gerechtshof hebben partijen afgesproken dat de verbouwing van de oudbouw niet leidt tot een nieuw vervaardigd goed en dat de oudbouw een oud gebouw blijft dat meer dan twee jaar geleden in gebruik is genomen. Een gevolg van deze afspraak is dat geen integratielevering plaatsvindt. Volgens het gerechtshof kan op deze afspraak niet meer worden teruggekomen.
X stelt zich meer subsidiair op het standpunt dat zij recht heeft op aftrek van btw op de instandhoudingskosten tijdens de verbouwing. Aangezien tijdens de verbouwing en op het moment dat de btw werd verschuldigd reeds vaststond dat de oudbouw zou worden gebruikt voor vrijgestelde handelingen, is de btw op instandhoudingskosten ten behoeve van de oudbouw evenmin aftrekbaar, aldus het gerechtshof.

Publicatiedatum: 10 oktober 2016


Deel dit nieuwsbericht