Geen afdracht VPL-premie, meer ruimte in WNT-bezoldiging

Geen afdracht VPL-premie, meer ruimte in WNT-bezoldiging

Om werknemers te stimuleren om tot de pensioengerechtigde leeftijd te blijven werken, maar ook om werkgevers te ontmoedigen dat werknemers eerder stoppen, is in 2005 de ‘Wet aanpassing fiscale behandeling VUT- en prepensioenregelingen en introductie levensloopregeling’ (‘VPL’) van kracht geworden.

Deze wet kent een overgangsregeling op basis waarvan werknemers kunnen worden gecompenseerd voor het verlies aan opgebouwde pensioenrechten. In 2005, 2006 en 2007 is er door veel werkgevers in de publieke en semipublieke sector een voorwaardelijk pensioen toegezegd aan werknemers die nadeel ondervonden van de VPL. Deze voorwaardelijke aanspraken uit de VPL-regeling eindigen bij pensionering of na vijftien jaar. In de meeste gevallen eindigt de regeling op uiterlijk 31 december 2020, 2021 of 2022.

Eerder zijn we in een nieuwsbericht ingegaan op de vraag is of een door de werkgever betaalde overgangspremie VPL is aan te merken als bezoldiging in de zin van de Wet normering topinkomens (‘WNT’)? Thans is in artikel 2 ,eerste lid, onderdeel q, Uitvoeringsregeling WNT bepaalt dat het werkgeversdeel van de VPL-premie tot de bezoldiging in de zin van de WNT moeten worden gerekend:

Wanneer het werkgeversdeel van de VPL-premie niet meer betaald hoeft te worden, ontstaat er waarschijnlijk ruimte in de bezoldiging van de topfunctionaris, zowel financieel als tot aan het bezoldigingsmaximum. De bezoldigingsmaxima voor 2021 zijn onlangs bekend geworden.

Het advies is dan ook om na te gaan of er VPL-premie wordt afgedragen voor topfunctionarissen en zo ja, wanneer deze premieafdracht eindigt. Vervolgens de vraag wat we gaan doen met deze (financiële) ruimte? Mocht u hierbij ondersteuning wensen, dan zijn wij u graag van dienst.

Publicatiedatum: 19 november 2020


Deel dit nieuwsbericht