Hoge Raad vernietigt hofuitspraak inzake sectoraansluiting van samengestelde onderneming

Werkgevers worden door de Belastingdienst ingedeeld in een sector. Deze sectorindeling, of beter gezegd sectoraansluiting, is van belang voor onder andere de vaststelling van de gedifferentieerde premie Werkhervattingskas.

De sectoraansluiting hangt af van de werkzaamheden die de werkgever uitvoert. Derde partijen, zoals pensioenfondsen of cao-partijen, maken soms gebruik van de sectoraansluiting van een werkgever. Bij de vaststelling bij welke sector een werkgever wordt aangesloten, houdt de Belastingdienst echter geen rekening met de cao en/of het pensioenfonds waaronder een werkgever en/of zijn werknemers vallen.

Op 7 mei 2021 heeft de Hoge Raad geoordeeld over een zaak waarbij belanghebbende zorghulpmiddelen verkoopt, verhuurt en uitleent via thuiszorg(web)winkels, uitleenpunten en distributiecentra. Belanghebbende bedient zowel ziekenhuizen, zorgverzekeraars en andere zakelijke zorginstellingen als particuliere patiënten en zij heeft een expertisecentrum, een callcenter, een webwinkel en een kantoor. Belanghebbende verricht verschillende activiteiten die onder verschillende sectoren vallen. Voor de sector aansluiting spreken we krachtens artikel 96, tweede lid, Wet financiering sociale verzekeringen (hierna: Wfsv) dan van een ‘samengestelde onderneming’. Tijdens de procedure voor Gerechtshof Den Haag vorderde belanghebbende een indeling primair in sector 45 (zakelijke dienstverlening III) en subsidiair in sector 19 (grootwinkelbedrijf). De inspecteur stelt sector 17 (detailhandel en ambachten) en het hof volgt de inspecteur hierin. Belanghebbende is tegen deze uitspraak in cassatie gegaan, omdat hij meent dat artikel 96, tweede lid, Wfsv niet (juist) is toegepast.

Het cassatieberoep behelst onder meer de klacht dat de bestreden uitspraak onvoldoende inzicht geeft in de gedachtegang die het hof tot zijn oordeel heeft gebracht. Nu het een samengestelde onderneming is, moet de onderneming worden ingedeeld in de sector waarin het hoogste premieloon wordt verloond. Het hof heeft volgens de Hoge Raad deze rechtsopvatting niet gevolgd door zijn oordeel kennelijk te doen steunen op zijn vaststelling dat differentiaties in sectoren en premieloonsommen van de takenpakketten van individuele werknemers van belanghebbende niet anders dan gekunsteld zijn vast te stellen. Daarmee geeft de uitspraak van het hof blijk van een onjuiste rechtsopvatting. De Hoge Raad vernietigt de hofuitspraak en verwijst de zaak naar Hof Amsterdam.

Twijfelt u over de juistheid van uw sectoraansluiting of wilt u weten wat bijvoorbeeld de gevolgen van een fusie voor de sectoraansluiting zijn, neem dan contact op met Antoine Roes. Hij is bereikbaar via antoine@zekerfiscaal.nl.

Publicatiedatum: 09 mei 2021