Terbeschikkingstelling sportpark door gemeente aan sportvereniging is vrijgesteld van btw

Terbeschikkingstelling sportpark door gemeente aan sportvereniging is vrijgesteld van btw

Op 21 februari 2018 is een uitspraak gepubliceerd waarin Rechtbank Gelderland (hierna: rechtbank) heeft geoordeeld, dat de terbeschikkingstelling van een sportpark door Gemeente Laren aan een sportvereniging moet worden aangemerkt als btw-vrijgestelde verhuur van een onroerende zaak. Er is geen sprake van het btw-belast gelegenheid geven tot sportbeoefening.

Feiten
Gemeente Laren (hierna: gemeente) heeft een perceel grond (sportvelden met opstallen) in erfpacht uitgegeven aan een sportvereniging. De sportvereniging is verantwoordelijk voor het onderhoud van het sportpark. De canon bedraagt € 6.435 per jaar en wordt jaarlijks geïndexeerd. De gemeente heeft het verlenen van het recht van erfpacht voor de btw gekwalificeerd als vrijgestelde verhuur van een onroerende zaak. De gemeente heeft geen btw berekend over de canon.
In 2015 wordt door de gemeente de toplaag van een kunstgrasveld vervangen. In verband hiermee sluiten de gemeente en de sportvereniging een aanvullende realisatie- en gebruiksovereenkomst voor het gebruik van het nieuwe kunstgrasveld. Voor het gebruik is de sportvereniging jaarlijks een vergoeding verschuldigd van
€ 7.141,51 (excl. 6% btw).

In geschil is het antwoord op de vraag of de terbeschikkingstelling van het sportpark door de gemeente aan de vereniging moet worden aangemerkt als btw-vrijgestelde verhuur van een onroerende zaak (standpunt inspecteur) of als btw-belast gelegenheid geven tot sportbeoefening (standpunt gemeente).

Oordeel rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank moet de terbeschikkingstelling van het sportpark door de gemeente aan de sportvereniging worden aangemerkt als de vrijgestelde verhuur van een onroerende zaak, omdat de prestatie die de gemeente aan de sportvereniging verricht niet meer inhoudt dan de passieve terbeschikkingstelling van het sportpark. De gemeente verricht namelijk geen toezicht, beheer of andere handelingen samenhangend met de terbeschikkingstelling van het sportpark.

Belang voor de praktijk
In de onderhavige zaak oordeelt de rechtbank dat geen sprake is van btw-belast gelegenheid geven tot sportbeoefening, waardoor de gemeente geen recht heeft op aftrek van btw. Indien bij gemeentes wel sprake is van btw-belaste verhuur van sportaccommodaties of het gelegenheid geven tot sportbeoefening, dienen gemeentes er rekening mee te houden dat de btw-sportvrijstelling met ingang van 2019 wordt gewijzigd. De wijziging treft niet alleen gemeentes, maar ook stichtingen en andere organisaties zonder winstoogmerk die sportaccommodaties ter beschikking stellen. Door de wijziging kunnen zij sportaccommodaties niet meer btw-belast exploiteren waardoor de hieraan toerekenbare inkoop-btw niet aftrekbaar is. Door de minister van Financiën is bekendgemaakt dat er voor gemeentes en sportverenigingen een compensatieregeling komt. Naar wij hebben begrepen bestaat deze compensatieregeling uit het verstrekken van subsidies door het ministerie van VWS. Verder hebben wij begrepen dat ook sportverenigingen gebruik kunnen maken van deze compensatieregeling. De precieze inhoud en reikwijdte van deze compensatieregeling is op dit moment nog niet bekend, maar wij hebben begrepen dat er in de meicirculaire en/of in juni meer duidelijkheid wordt gegeven. Zodra er meer duidelijkheid is, zullen wij u hierover uiteraard direct informeren. Wij adviseren gemeentes en sportorganisaties alvast te (laten) inventariseren wat de huidige situatie is en wat de mogelijke gevolgen zijn. Indien wij u hierbij van dienst kunnen zijn, neemt u dan gerust contact met ons op.


Publicatiedatum: 02 maart 2018


Deel dit nieuwsbericht