Zorgbureau verleent bemiddelingsdiensten en geen kraamzorg; btw-vrijstelling niet van toepassing

Zorgbureau verleent bemiddelingsdiensten en geen kraamzorg; btw-vrijstelling niet van toepassing

Op 1 juni 2021 is een uitspraak gepubliceerd waarin Rechtbank Noord-Nederland (hierna: rechtbank) heeft geoordeeld dat Zorgbureau X niet daadwerkelijk kraamzorg verricht. Hierdoor is de medische btw-vrijstelling niet van toepassing. 

Feiten
Zorgbureau X (hierna: X) heeft een toelating als bedoeld in artikel 5 van de Wet Toelating Zorginstellingen (Wtzi) voor het verlenen van kraamzorg. X heeft met verschillende kraamzorgverleners een ‘overeenkomst tussen de bemiddelingsorganisatie en de zelfstandig zorgverlener’ gesloten, waarbij X de bemiddelingsorganisatie is. Ten behoeve van de kraamzorgverleners en hun cliënten heeft X een ‘Model Zorgovereenkomst’ opgesteld. Met zorgverzekeraars heeft X een ‘Overeenkomst kraamzorg 2013’ gesloten, waarbij X is aangeduid als zorgaanbieder en waarin X zich verplicht om de totale kraamzorg te leveren ten behoeve van de verzekerden.
 

In geschil is of op de diensten van X de medische btw-vrijstelling van toepassing is. 

Oordeel rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank volgt uit de feiten dat X enkel bemiddelingsdiensten heeft verricht jegens de kraamzorgverleners. Niet kan worden opgemaakt dat X daadwerkelijk kraamzorg heeft verleend. De medische btw-vrijstelling is niet van toepassing. De rechtbank overweegt daarbij dat de staatssecretaris van Financiën in het Besluit vrijstelling voor AWBZ- en Wmo-geïndiceerde zorg 2013 en het daar voor geldende besluit expliciet heeft aangegeven dat de medische btw-vrijstelling niet geldt voor bemiddelingsdiensten. De rechtbank acht verder van belang dat X zelf geen afspraken maakte met degenen ten behoeve van wie de kraamzorg werd verleend. Het feit dat X op grond van de ‘Overeenkomst kraamzorg 2013’ bepaalde verantwoordelijkheden heeft en dat X een toelating heeft als bedoeld in artikel 5 van de Wtzi voor het verlenen van kraamzorg, wil nog niet zeggen dat X daardoor daadwerkelijke kraamzorg heeft verleend, aldus de rechtbank

Publicatiedatum: 08 juni 2021


Deel dit nieuwsbericht